VOLGENDE STUK
|
TimmetjeHet Speelgoedknaapje |
SamenvattingAutobiografisch verhaal van een tien jaar oud jongetje dat wordt opgeleid tot en verkocht als speelgoed voor vrije kinderen. Zijn meester, een jongen die een paar jaar ouder is dan hij, heeft er veel plezier steeds weer nieuwe manieren te bedenken om zijn slaafje te treiteren en pijn te doen.
Publ. Aug 2009-Nov 2012
![]() |
KaraktersPatrick/Blackie/Ricky (11jr), Ding (12jr)Categorie & Story codesBoy-Slave story/futuretb – slave – humil tort (Explanation) |
DisclaimerAls je nog minderjarig bent of niet van dit soort verhalen houdt, stop dan met lezen.Als je er niet van houd om verhalen te lezen waarin mannen seks met jongens hebben, hoe ben je dan op deze pagina terechtgekomen?? Het verhaal is volledige ontsproten aan de verbeeldingskracht van de auteur en het is dus fantasie, het is helemaal verzonnen, dus het is nooit gebeurd en het is ook niet bedoeld om dit soort acties op wat voor wijze dan ook goed te keuren. De auteur wil absoluut niet dat de dingen die in zijn verhaal gebeuren, ook met iemand in het werkelijke leven gebeuren. Het is dus maar een verhaal, ok? |
Noot van de auteurAuteurs houden van feedback. Schrijf aan de auteur door middel van dit feedback form, vermeld wel alsjeblieft Timmetje - Het Speelgoedknaapje in de onderwerpregel. |
1.3;Daar zit ik dan 3; in een wildvreemd huis te wachten op de man die me gisteren gekocht heeft 3; Nog geen drie maanden geleden woonde ik nog gewoon bij pappa en mamma, maar toen kwamen er ineens allemaal polities in huis en twee meneren in pak en die begonnen alles uit huis te dragen 3;mij ook. Ik lag nog in bed toen ze kwamen en werd pas wakker toen de deur van mijn slaapkamertje opengegooid werd."Daar ligt ie," hoorde ik een van de meneren in pak zeggen. En toen stapte een van de agenten op me af, trok de lakens en dekens van me af. "Opstaan flikkertje," beet hij me toe, terwijl hij me aan mijn haren omhoog trok. Nog voor ik in de gaten had wat er gebeurde graaiden twee grote en sterke mannenhanden naar de kraag van het knooploze truitje van mijn pyama en scheurden het met een ruk in tweeën. Bijna in een moeite door werd ook het hempje dat ik eronder droeg van mijn lijf gescheurd en de pyamabroek en de onderbroek die ik eronder aan had naar beneden getrokken. Daarna trok hij me, helemaal in mijn blootje, aan mijn oor werd naar buiten. Daar, voor de deur van ons huis, stond een man in regenjas, hangend tegen een bestelbusje, te roken. "Hier is ie dan," riep de agent die me had uitgekleed en mee naar buiten getrokken De ander gaf geen antwoord maar wierp, vanachter de rondkringelende rook een ongeïnteresseerde blik in mijn richting. "Hoeveel geld hebben ze nodig?" zei hij, terwijl hij een knikje in de richting van ons huis gaf. "Zestigduizend of zoiets," antwoordde de agent. "Nou dat gaan ze met dit scharminkeltje in ieder geval niet bij elkaar krijgen." "Nee? Hoeveel doet zo'n jochie op de markt?" wilde de agent weten. "Zo'n kleintje? Hangt er een beetje van af. Meisjes van zijn leeftijd zijn betere handel. Maar we raken hem wel kwijt hoor, daar niet van." "Ik heb er nou echt helemaal niets mee, wist je dat?" zei de agent. Inmiddels had de roker me naar zich toe getrokken en een soort hondenriem om mijn nek gedaan. In de riem waren rondom metalen blokjes gedreven die pijnlijk in het zachte kindervlees van mijn nek drukten als eraan getrokken werd." Terwijl hij hard aan de riem trok zei hij me, op de manier waarop je honden commando's geeft, dat ik neer moest hurken. Omdat ik te versuft was om meteen te begrijpen wat hij wilde gaf hij me twee klinkende oorvijgen en duwde hij me hardhandig op mijn hurken. Toen ik eenmaal zat zoals hij wilde stak hij een nieuwe sigaret op en bood de agent er ook een aan. Pas nu reageerde ik op de ruwe behandeling zoals van een kind van nog geen elf jaar oud te verwachten was: ik begon te huilen. Vooral de man die de riem vasthield vond dat grappig. "Ja huil maar hoor, dat zie ik graag, huilende jongetjes." Hij gaf nog een flinke ruk aan de riem en vervolgde zijn gesprek met de agent "Waar heb je niks mee?" vroeg hij "met jongetjes?" "Ja precies," antwoordde de agent. "Jij wel?" "Nou ik wel ja. Anders zou ik knap vervelend werk hebben. Want ik koop de jongetjes in." Ze grinnikten allebei. "Nee maar serieus, zo'n jochie als dit hier (hij schopte me redelijk hard tegen mijn heup), hoe weet je nou of je daar wat aan verdient?" "Och verdienen doe ik er altijd aan." Kijk, ik krijg hem voor niks mee. Zolang hij bij mij is kost ie niks want veel voer geef ik niet en voor drinken krijg ie alleen water. De overschrijving van bevolkingsregister naar slavenlijst hoef ik bij zo'n inbeslagname ook niet te regelen. En de helft van wat hij opbrengt is voor mij." "En 3; hoe schat je hem in?" "Dit hier? nou, het is een beetje grensgevalletje. Het kan zijn dat ik hem alleen op internet aanbiedt, het kan ook zijn dat hij echt geveild wordt. Het zal er een beetje om spannen." De man trok me aan de riem overeind. "Ga eens rechtop staan flikkertje!" beet hij me toe toen ik van angst en ellende in elkaar dreigde te zakken. "En voorpootjes op je kop. Dat is beter." "Kijk," zei hij tegen de agent. "Ik kijk naar sterke en zwakke punten." Sterk verkooppunt voor dit diertje hier is dat hij heel slank is. Plat buikje, je kunt ribben tellen en hij heeft een mooi strak kontje. Dat zien mensen die jongetjes kopen graag. Hij heeft nog wel wat babyvet (de man kneep me hard in mijn zij) en dat vinden de meeste kopers van knaapjes weer niet zo leuk, maar dat heb ik er zo af. Zijn vrije hand bewoog zich onverwacht zacht, bijna teder, over mijn haar en gezicht. "Hij heeft ook een mooi regelmatig smoeltje, rode lippen en mooie haren. Minpuntje is dat hij geen krullen heeft en vooral, dat ie niet blond is. Maar daar staat weer tegenover dat hij klein is voor zijn leeftijden er leuk uitziet als hij huilt zoals nu. Bijna alle mensen die jongetjes kopen vinden het leuk om ze regelmatig te treiteren en te martelen, dus is dat wel een belangrijk punt. Hij heeft lange benen die ook weer niet té dun zijn. Het is vast een voetballertje of hardlopertje. En het allerbelangrijkste: geen spoor van lichaamshaar en een mooi plassertje." De hand trok mijn voorhuidje terug. "Kijk, het is al een beetje ontwikkeld, zie je, dat zie je namelijk vaak bij die knulletjes: eerst groeit het velletje en dan het piemeltje. Dat hij niet besneden is, daar ben ik ook wel blij mee, want veel liefhebbers van knaapjes doen dat graag zelf. De balletjes (hij kneep nu hard in mijn nog kinderlijke scrotum en ontlokte me daarmee een luid gekerm wat hen beiden weer aan het lachen maakte) zijn nog helemaal niet ingedaald, het had nog maar zo een jaartje kunnen duren voor hij echt in de puberteit was gekomen. Maar waarschijnlijk maakt hij dat nu niet meer mee. De meeste mensen die jochies kopen zetten de groei stil." "Ja, dat ken ik," reageerde de agent. "Mijn broer heeft een paar jaar geleden ook een slaafje aan zijn zoontje cadeau gedaan. Die slaaf is nou al zestien, maar hij ziet er nog altijd uit alsof hij tien is of zo." "Ja precies, antwoordde de ander. Over een jaar of twee zal die slaaf van je neefje wel kanker krijgen en doodgaan, maar dan heb je wel zes, zeven jaar lang plezier gehad van een stukje speelgoed van constante kwaliteit." Hij richtte zijn aandacht weer op mijn naakte lichaam. "Wat ik écht sterk aan hem vind zijn de verhoudingen. Hj zit duidelijk nog voor de eerste grote groeistoot, want dan zie je vaak dat handen en voeten wat te groot zijn in vergelijking met de rest van het lijfje. Maar bij hem is dat allemaal heel mooi in verhouding." Hij krabbelde me in mijn nek, en alweer voelde ik me behandeld als een huisdier. "Het is een beetje een grensgevalletje," besloot hij. "Niet echt topkwaliteit, die brengen gauw 10.000 euro of meer op. Het hangt een beetje af van het karaktertje, maar hij is nog jong en hij heeft een goede opvoeding, dus dan zijn ze meestal wel goed af te richten. Dus: een goede vijfduizend moet ik wel voor hem kunnen vangen." "Zo, hoop geld," reageerde de agent. Hij nam een laatste trekje aan zijn sigaret. "Maar ik ga weer eens aan het werk. Succes ermee, verder!" "Bedankt!" riep de ander terug en richtte zijn aandacht weer op mij. Zoals vanaf nu wel vaker zou gebeuren werd ik zonder dat me iets gezegd werd tegen de grond gedrukt en zonder duidelijke reden geslagen. Al snel zou ik er achter komen dat slaag en andere zaken die pijn deden me soms overkwamen omdat mensen die iets met of van me wilden het niet de moeite vonden me aan te spreken: je legt toch ook een dier niet uit wat je met hem gaat doen…je doet het gewoon. Dat was nu ook het geval. De man duwde me op mijn buik, liet zich op één knie in mijn rug zakken en trok mijn beide polsen achter mijn rug omhoog 3; Ik kermde van pijn, maar dat scheen hij niet eens te horen, en als hij het wel hoorde, interesseerde het hem niet. Rustig haalde hij een paar riempjes te voorschijn die hij behoorlijk strak om mijn polsen snoerde. Toen dat gebeurd was richtte hij zich iets op, stapte nog altijd gebukt een klein stukje naar achteren en pakte met één hand allebei mijn enkels vast en terwijl hij ze vasthield stond hij op waardoor mijn volle gewicht op het bovenste gedeelte van mijn smalle borst kwam te rusten. Opnieuw trok hij er zich niets van aan dat hij me pijn deed terwijl hij in alle rust mijn enkels samenbond. Toen hij ermee klaar was duwde liet hij de enkels los en duwde me met zijn belaarsde voet op mijn rug, boog zich over me heen en tilde me onder mijn oksels hoog op. Dan liet hij me met mijn billen op zijn armen rusten. Hij had me vast zoals vaders hun kinderen wel dragen. Mijn gezicht was vlak bij het zijne, ik kon de scherpe lucht van zijn van tabak doortrokken adem ruiken. "Luister flikkertje, ik zeg alles maar één keer. Die ouders van je zijn landverraders en die zie je nooit meer. Jij gaat verkocht worden om de kosten van hun opsluiting en executie te dekken. Je kunt het beste gewoon je gemak houden, maar als je dat niet doet dan heb ik zo mijn methoden. Je mag niet praten, behalve als je iets gevraagd wordt. Zometeen komt er een busje waar nog meer van die kleine snoepjes in zitten als jij en word je naar mijn trainingscentrum gebracht. Daar leiden we je op tot speelgoedslaafje en dat is het dan. Je hebt daar drie maanden de tijd om te laten zien dat je een leuk stukje speelgoed kunt zijn. Zijn ze daar niet tevreden over je, dan sturen ze je naar een werkplaats of diamantmijn." Inmiddels waren we aangekomen bij de parkeerplaats op het pleintje waar ik altijd voetbalde. Daar opende de man de achterdeuren van een bestelbusje. Een indringende lucht van pis en stront walmde naar buiten. In het donker van het busje zaten, over de breedte, acht jongens van mijn leeftijd of iets jonger en net als ik waren ze helemaal in hun blootje en aan handen en voeten gebonden. Ik past er met geen mogelijkheid meer naast maar dat was geen probleem: de man kwakte me op mijn borst languit op de blote benen van de anderen. Daarna gooide hij de deuren dicht en werd het aardedonker. Alleen door wat kieren en twee ventilatieopeningen in het dak kwam wat licht naar binnen. Nog geen minuut later werd de motor gestart en mengde de prikkelende lucht van diesel zich door de staldampen in het bloedhete interieur van het busje. Ik rolde en hotste over de benen van de jongens heen. Vlak voor ik het bewustzijn verloor voelde ik dat er ter hoogte van mijn buik een warme stroom van een vloeistof tegen me aan liep. Het raakte me niet. Ik was een beest geworden, temidden van andere beesten.
2.Voordat ik bij mijn nieuwe eigenaar in huis kwam werd ik, samen met honderden andere jongens, opgeleid tot 'knaapje.' Waar die opleiding plaats vond weet ik nog steeds niet, zelfs niet ongeveer want toen ik, na het transport in het busje weer bij bewustzijn kwam lag ik in een hoge en kale zaal op een dunne matras. Een erg mooie mevrouw met blond haar in een paardenstaart en een verpleegsterschort aan stond over me heen gebogen. Ze had, zo merkte ik tot mijn afgrijzen, me net een schone luier aangedaan. Ze glimlachtte even."Je doet het erom he kleine," zei ze niet onvriendelijk. "Eerst je luier volpoepen en dan pas bijkomen." Met een paar vlugge bewegingen trok ze de schone luier weer van me af. Ik was weer naakt. Ik moest gaan zitten en kreeg een paar glazen water te drinken. Daarna moest ik, zo zei ze, weer gaan slapen. Ik kreeg een prik ("om je snel te laten inslapen") en de opdracht mijn duim in mijn mond te steken. Ik had sinds ik kleuter was niet meer geduimd, maar op de een of andere manier vond ik het fijn dat het nu moest. Toen ik, hoeveel later weet ik niet, wakker werd was ik helemaal uitgerust. Maar waar was ik? Was dit een soort ziekenhuis. Ik wilde het vragen aan een van de zusters die af en toe bij mijn bed kwamen, maar durfde niet goed. Na een tijdje kwam er een meneer bij mijn bed. Hij droeg een bril en een doktersjas. "Zo," zei die meneer zakelijk, "even wat dingetjes met je doornemen. Ik weet dat je vroeger Patrick werd genoemd, maar vanaf nu heet je Blackie en dat blijft zo tot je een meester krijgt die je een andere naam zou geven. En tot die tijd ben je eigendom van het Rijk. Rijksslaafjes noemen we knaapjes zoals jij. We gaan hier kijken of we je kunnen opleiden tot speelgoedkindje. Als dat lukt gaan we je proberen te verkopen aan rijke mensen. Maar als je niet goed je best doet dan maken we een werkslaafje van je. En je hebt vast wel eens werkslaafjes gezien, nietwaar?" Ik knikte verlegen. Werkslaven waren jongens of mannen die zwaar lichamelijk werk deden. Meestal waren ze 'ontmand' en 'geblind', en altijd waren hun lichamen overdekt met striemen van zwepen. Ik had ze soms, aan elkaar geketend als beesten, door de straat zien lopen. Soms, als er een 'kudde' van alleen maar kleine jongens voorbij werd gedreven mochten mijn vriendjes en ik ze een stuk voortdrijven van hun bewakers. Dan kregen we grote zwepen die we naar hartelust op de blote kinderruggetjes lieten kletsen. Net als mijn toenmalige vriendjes vond ik het vooral leuk als er jongetjes bij zaten die nog jonger waren dan wij, want die struikelden nog wel eens als ze geslagen werden en konden dan weinig anders doen dan een flink stuk op handen en voeten doorkruipen want gewacht werd er niet. Ik kon vol overtuiging nee schudden toen de dokter me vroeg of ik misschien nu al wist dat ik werkslaafje wilde worden. "Dat dacht ik al," zei de dokter op de toon van een steile, maar niet volkomen onvriendelijke leraar. "Nu dan gaan we zo eerst eens kijken of je helemaal gezond bent. En bij die keuring kijken we ook meteen of je wel een flinke jongen bent. Ik ga je straks expres veel pijn doen, en dan kijk ik hoe je je daaronder houdt. Je mag wel huilen en schreeuwen, maar praten mag je niet. Nou genoeg gekletst voor het moment. Kom maar mee." Zonder veel plichtplegingen werd ik bij de hand genomen en mee de gang op genomen. Er liepen daar veel mensen en ik schaamde me ervoor dat ik helemaal geen kleren aan had. De dokter liep als iemand die nog meer te doen heeft, dus onze wandeling over de gang duurde niet erg lang, net lang genoeg om mij te laten merken dat eigenlijk niemand notitie van mij nam – er waren zoveel naakte slaafjes – ik was er gewoon één van, anders niet 3; mensen zouden vanaf nu naar mij kijken en met mij omgaan zoals ik tot voor een paar dagen keek en omging met de blote en angstig kijkende jochies die door hun trotse jonge eigenaars mee naar school werden genomen: ik zou zeker geslagen worden en getreitererd, niet voor straf of zo, maar alleen maar voor de lol 3; ik kon alleen maar hopen dat ik een beetje goede meester krijgen zou en niet eentje als onze vroegere buurman die iedere twee maanden een nieuw slaafje kocht omdat hij de vorige langzaam doodgemarteld had. Tot nog toe wist ik nog altijd niet waar we eigenlijk waren, maar aan het eind van de gang wist ik het zeker: we waren in het Centraal Ziekenhuis: ik herkende de drukke centrale hal waar ik vorig jaar samen met mama geweest was om mijn amandelen te laten knippen. Ik wilde, toen ik in de hal stond, eerst helemaal niet geloven dat we in een ziekenhuis waren: de hal, met zijn winkels, fonteinen in bakken stromend water, hoge palmen in grote manden en glazen dak dat de illusie gaf dat je je in de binnenkant van een geslepen edelsteen bevond, die hal dus, leek meer op een gloednieuw winkelcentrum dan op de entree van een ziekenhuis. De dokter had mijn hand inmiddels losgelaten en trok me nu aan mijn bovenarm voort terwijl hij met zijn andere hand zijn Blackberry vasthield. "Ja, ja, ik weet het al. Het is iedere keer hetzelfde 3; neee, nee, ik los het wel weer op 3; .ja 3; geef me een paar minuutjes dan kom ik er aan. Even later droge hij me over aan een schijnbaar toevallig passerende verpleegster die me, pijnlijker, aan mijn rechteroor meetrok naar een hoek van de grote hal waar nog vier andere blote jongenskinderen op de grond gehurkt zaten. Alle vier de kinderen hadden een dun riempje rond hun nek. Door dat riempje was een aan twee zijden geluste band gehaald, waarbij de lus aan de ene zijde aan een aan de halsriem bevestigd oog en de andere met een hangslot vastzat aan een in de muur gezekerd oog. De jongste van de vier was zeker niet ouder dan zeven, de oudste hooguit dertien. Alle vier de kinderen zagen er doodsbenauwd uit en toen ik eenmaal zelf tussen hen in zat begreep ik ook waarom, want al heel snel na het vertrek van de verpleegster doken er Vekies op – Vekie, dat wist ik nog van mijn vriend Johans slaafje Cub, dat was hoe slaafjes hun vrije leeftijdgenootjes noemden als ze niet in de buurt waren: het was een afkorting van Verheven Kind en dat was weer de manier waarop ze op hun schooltjes over ons leerden. Natuurlijk had ik me nooit eerder bezig gehouden met de gevoelens die de aanwezigheid van Vekies bij een slaafje zouden oproepen – ik hield me sowieso niet bezig met de gevoelens van slaafjes – slaafjes waren speelgoed en het enige wat ik onrechtvaardig vond aan de slavernij was dat mijn ouders me verboden er zelf een slaafje op na te houden. Maar nu was alles anders. Mijn maag trok samen toen ik het groepje van vier jongens op ons af zag komen, jongens op peperdure sportschoenen en met modieuze spijkerbroeken en merkshirts aan en basebalpetjes op hun zorgvuldig gekapte haren 3; en, dat zag ik nu ook, jongens die de relatief lichte 'kindzwepen' bij zich hadden. Ik waagde het even naar de gezichten van de Vekies te kijken en toen trok mijn maag nog meer samen, want één van hen was mijn vroegere klasgenootje Leon 3; Even hoopte ik dat hij het niet zien zou 3; "Hé, dat is Patrick, riep hij verbluft uit, die heeft vroeger bij mij in de klas gezeten!" "Nou daar ben je lekker mee," meende een vrij dikke jongen die naast hem liep. "Hij heet nu vast anders," mengde de derde, een vrij klein joch met leuke sproeten, groffe bruine krullen en een dubbel rij plaatjes." Ze waren inmiddels dicht genoeg bij ons en Krullen greep me in nek, duwde me naar voren en liet zijn 'wespenzweep', een type kindzweep dat, zo kon ik nu vaststellen, inderdaad iets met wespensteken gemeen had. Alleen gaf de wespenzweep je niet het gevoel dat je door één, maar wel door twintig wespen tegelijk werd gestoken. Kermend van pijn rolde ik op mij zij en trok mijn knieën op "Hoe heet je?" "B 3; bl 3; blackie meneer." "Blackie, nou, dat past heel wat beter bij je dan Patrick," vond Leon. Hij porde met zijn voet tegen mijn borst. "Sta op en doe je voorpoten op je kop. Goed zo." Nu wendde hij zich tot het dikke joch: "Nou Willem, niks voor jou?" Willem snoof minachtend. "Nee hoor, veel te mager 3;" "Jaja, ze kunnen niet allemaal zo vet zijn als jij," onderbrak de jongen die me net geslagen had. Willem vertrok zijn gezicht in een grimas. "Hahaha, wat ben je toch on-ge-loof-lijk grappig Adolf." "Ja toch?" reageerde Adolf. Hij duwde zijn knokkels tegen mijn borst en bewoog zijn hand een paar keer op en neer over mijn ribben en kneep daarna een paar keer stevig in mijn buik en zij. Ik trilde van angst. "Hij is best wel slank, wel mooi 3;" zei hij op de toon van een connaisseur. "En ik vind zijn piemeltje wel grappig." "Zou ie al een stijve kunnen krijgen?" vroeg Leon zich af. "Alsof je dat niet weet 3;" flitste het door me heen. We hadden immers het hele schoolkamp bij elkaar in de slaapzak gelegen en ik had het heerlijk gevonden bij hem: zo'n grote jongen die de hele tijd aan me zat en me de hele tijd rondcommandeerde 3; en de meereizende leraren hadden het ook best gevonden. Homosexuele gevoelens ook bij heel jonge kinderen waren al jaren geen probleem meer. Grapjes erover maken werd net zo sloom gevonden als grapjes maken over iemand met rood haar of een bril op. Een juffrouw had me nog wel gevraagd of ik het niet vervelend vond dat Leon met me sliep, me vertelde wat ik wel en vooral wat ik niet aan mocht trekken en me allerlei klusjes liet doen. Ik had het krachtig ontkend en daarna had iedereen ons verder met rust gelaten – maar nu was het anders. Toen wist ik dat Leon me nooit pijn zou doen en dat ik, zodra hij ook maar iets met me deed wat ik niet wilde, ik meteen naar de juffen en meesters kon lopen 3; en daarom had ik het, slavenzieltje dat ik toch wel geweest moet zijn, heerlijk gevonden om met alleen een piepklein zwembroekje (eigenlijk niet meer dan een rechthoekig lapje stof dat door een touwtje op zijn plaats gehouden werd) aan achter de volledige geklede Leon door het winkelcentrum van het bij het kamp gelegen dorp te moeten lopen en zijn boodschappentas met snoep en colablikjes te moeten dragen. Het gaf me, klein en meisjesachtig mooi als ik was, een duidelijke plek tussen al die even oude, maar veel grotere en sterkere jongens. Ik voelde dat ze van me hielden en wist niets anders te bedenken dan die liefde te beantwoorden (of beter, op te roepen) door alles te doen wat ze me zeiden 3; Het was net als bij de wolven waar de meester eens over verteld had: in een wolvenhorde had je ook alfa- en omegadieren. De alfadieren werden gevreesd door ieder ander, maar van de omegadieren werd gehouden. En dus, als het omegadiertje dat ik was en. belangrijker nog, ook wilde zijn, gedroeg ik me in het bijzijn van Leon en zijn vrienden altijd nét iets zwakker, verlegener en kinderlijker dan ik eigenlijk was. En het werkte 3; die keer bijvoorbeeld dat het duidelijk was dat het lopen over een pad vol rotsige stenen erg veel pijn deed aan mijn blote voetjes mocht ik weliswaar geen schoenen aan, maar werd ik in plaats daarvan zonder veel plichtplegingen gedragen. En als de tas met boodschappen écht te zwaar voor me was, dan werd er even om me gelachen, maar nam Leon of een van de andere jongens de tas al snel van me over. Ik moest, altijd met niets meer aan dan dat zwembroekje, in een rij met volledig geklede mensen gaan staan om ijs of drinken voor de andere jongens te halen maar werd dan bij aankomst als om strijd tussen de jongens heen en weer getrokken om me maar op schoot te hebben en ijs te kunnen voeren of uit hun Colaflesje te laten drinken, en terwijl ik van het ijs snoepte of de Cola opslurpte werd ik voortdurend gestreeld. Het was een tafereeltje dat door de volwassenen die erop reageerden altijd met vertederde glimlachjes gade geslagen werd. Maar nu 3; Mijn ranke leest, mijn lang vallende zwarte lokken en bijna doorschijnend blanke huid riepen bij de jongens helemaal geen behoefte op om me te beschermen, maar juist een drang om me zoveel mogelijk pijn te doen. Dat ik trillend van angst en kou (want het was behoorlijk fris in de hal) voor hen stond leidde er niet, zoals vroeger toe dat iemand zijn jas uittrok om die over mijn schouders te leggen maar werd juist erg amusant gevonden en mijn piemeltje, dat toendertijd alleen door Leon in de beslotenheid van zijn slaapzak zachtjes werd gestreeld en gekieteld, daar werd nu stevig in geknepen. Het huidje, hoewel nog kinderlijk verkleefd werd zonder acht te slaan op de pijn die me dat deed naar achteren getrokken en mijn meest intieme lichaamsdelen werden keurend besproken. Toen, om te kijken of ik 'al een stijve kon krijgen' werd het kleinste van de andere slaafjes op zijn knieën voor me geplaatst en gedwongen mijn kleine-jongensdeel in zijn mond te nemen 3; en ondanks (of misschien toen ook al dankzij) het feit dat iedereen ernaar stond te kijken werd het plassertje ook hard en zoals dat bij kleine jongens gaat, kwam er geen sperma vrij, maar moest ik ineens heel erg plassen en werd onder luid gelach gedwongen dat in de mond van het kleine mannetje te doen die bij wijze van beloning drie striemende slagen kreeg over zijn als engelenvleugeltjes uitstekende schouderbladeren. En de verpleegsters die inmiddels gearriveerd waren om de slaafjes mee te nemen voor de keuring, zeiden zij er dan niets van? Nee, integendeel. Ze keken al even geamuseerd toe en wachtte totdat het kleinste jongetje luid om zijn mama roepend door de vekies bij me weg was getrokken. "Dat was leuk bedacht" prees een van hen de knullen om hun wreedheid, maar nu moeten ze echt mee anders krijgen we ruzie met de keuringsartsen. En, goed opgevoed als Leon en zijn vriendjes waren, weken ze terug en begon de zusters de sloten los te maken waarmee onze riemen aan de muur waren bevestigd. Net op dat moment kwam een groepje van drie modieus geklede en met vele van glanzend papier gemaakte tasjes bevrachte vrouwen aanlopen. "Kijk mama, zie je dat," riep Leon opgewonden naar zijn moeder, "die daar dat is Patrick en hij heet nou Blackie!" "Ja, nu je het zegt 3; ik zie het schatje." Ze stak een sigaret op en porde met haar pump onverschillig in mijn ribben. Toen wendde ze zich tot haar vriendinnen. "Het zoontje van de Teldertjes, je weet wel, die communisten. Waren principieel tegen het houden van slaven 3; je kon het gewoon aan zien komen dat ze een keer opgepakt zouden worden." "Stond daar een dag of wat geleden niets iets over in de krant? Hij is toch vroeger een bekend links kamerlid geweest?" vroeg een van de andere dames zich af, maar eer ze kon antwoorden had Leon zich alweer opgedrongen. "Ze gaan hem nu keuren mama, mag ik kijken, alstublieft, de zuster vertelde net dat ze hem heel veel pijn gaan doen, misschien doe ik nog goede ideeën om met Urchin te spelen 3; mag het pleaazzze?" "Hebt u er bezwaar tegen?" vroeg ze beleefd aan de zuster die mijn riem al in haar hand had. "Nee hoor, absoluut niet, laat hem maar kijken. "Hoe lang duur het ongeveer?" "Och, in een half uurtje of zo zijn we wel klaar." "Nou schatje, dan mag je wel gaan kijken. Maar blijf je wel hier in de buurt als ik er nog niet ben want daarna wil ik wel snel naar huis kunnen." Ook de moeder van Adolf vond het goed dt hij nog wat bleef, alleen dikke Willem moest met zijn moeder mee naar huis ("een ander keertje, we moeten nu echt gaan"). De verpleegster gaf mijn riem in de handen van Leon die me onmiddellijk beval op handen en voeten te gaan kruipen als een hondje en terwijl ik dat deed, iedere keer stevige rukken aan de riem gaf om me tot spoed te manen, terwijl Adolf me regelmatig tegen mijn billen schopte. We kwamen uiteindelijk aan in een ruimte die me vaag wat deed aan een slagerij: de kale muren en vloer waren wit betegeld en in het midden van de ruimte stonden een paar blinkende tafels van staal waarin zich een afvoer bevond. "Voor het bloed natuurlijk," bedacht ik en slikte. Veel tijd om na te denken had ik niet want de voorbereidingen op de keuring begonnen meteen en de verpleegster gaf de vekies alle gelegenheid zich uit te leven. Ik werd onder een grote douchekop geduwd en even later kletterde een groot aantal ijskoude stralen op me neer. Er werden bevelen tegen me geschreeuwd maar die hoorde ik nauwelijks. De kou was zo intens dat het leek alsof er voor niets anders meer ruimte was om waar te nemen. Al snel bleek dat niet het geval. Adolf stond nu achter me, had mijn beide polsen gegrepen en ze van voor me naar boven getrokken zodat mijn ribbenkast en buik zich ietwat gestrekt waren. Nu werd duidelijk waarom hij dat deed want Leon had inmiddels een harde borstel gevonden waarmee hárd over mijn kndervel ragde. Dwars door de kou heen voelde ik de nieuwe pijn, eerst op mjn borst buik en bovenbenen, daarna, na omgekeerd te zijn, op mijn rug en billen. Ik weet niet hoe lang deze kwelling duurde, maar ze was even snel over als ze begon. Ik werd ruw afgedroogd en nu begonnen de metingen: alles werd aan me gemeten: nauurlijk mijn lengte en gewicht, maar daarna werkelijk ieder lichaamsdeel: de grootte van mijn oren, de afstand tussen mijn ogen, de breedte van mijn mond, en zo naar beneden, via de lengte van mijn plasser en het gewicht van mijn balletjes tot de lengte van mijn tenen en teennagels. Ik moest wat conditietestjes doen, er werd bloed en urine afgenomen en er werden scanfoto's gemaakt. Toen dat allemaal achter de rug was kwam waar de jongens eigenlijk voor gebleven waren. De pijntest. Ik moest ruggelings op de stalen onderzoekstafel gaan liggen en daarna mijn armen langs mijn hoofd leggen. Inmiddels was er ook een dokter bijgekomen. Kennelijk was de pijntest een onderdeel dat grondiger medische kennis vereiste. Wat volgde was het meest vreselijke dat ik tot dan toe had meegemaakt. Het begon onschuldig. Boven me hing een zoemende en van onder afgeplatte bol, die, zo zag ik uit mijn ooghoek toen de dokter de werking van dat apparaat aan de twee vekies uitlegde, een soort beeld van me projecteerde zoals je dat wel ziet bij computerprogramma's waar je bewegende driedimensionale beelden mee kunt maken. Het was een heel summiere weergave van hoe ik eruit zag: veel meer dan de proporties van mijn lichaam werden er niet op weer gegeven. Wel zag je, in het hoofd van die slechte kopie, hersenen zitten. De dokter vertelde de jongens dat ze zo meteen konden zien hoe ik op bepaalde prikkels reageerde. Nu smoesde hij een tijdje met de jongens en het enthousiasme waarmee ze reageerden gaf al wat rode puntjes te zien op plaatsen waar ze eerst niet waren: ik werd bang. Die angst werd heviger toen Leon me in geuren en kleuren ging beschrijven hoe ze me het komende half uur zouden gaan martelen. "Strakjes gaan ze eerst helemaal uitrekken, net zolang tot je net nog kunt ademen. Dat doet hartstikke zeer, want je krijgt overal kramp. Maar na een tijdje wen je er een beetje aan en dan gaan we van deze (hij liet me ze zien) klemmetjes op je tepeltjes zetten en op nog wat andere plekken en overal naalden in je prikken, op het laatst ook in je lulletje en je ballen. En als het er zoveel zijn dat je bijna bewusteloos raakt dan gaat de dokter er stroom doorheen jagen. En weet je wat ook zo leuk is? Je wil de hele tijd gillen van de pijn, maar dat kun je niet omdat je er de lucht niet voor hebt. Daarna mag je even uitrusten en dan gaat de dokter nog kijken hoe goed je tegen kou en warmte kunt. Nou, vind je dat niet leuk?" Van pure angst begon ik te rillen en wild met mijn hoofd te bonken. "Nee, niet doen, alsjeblieft, nee, neee, laat me gaan, alsjeblieft ik wil naar mama 3; mama, maaahhhh 3;" lichte rukjes aan mijn polsen en enkels, die begeleid werden door een zacht geklik en gezoem maakten duidelijk dat het uitrekken begonnen was. Tegen beter weten in probeerde ik mijn spieren zoveel ik kon te spannen om het onvermijdelijke tegen te houden. Al na enkele seconden schoot er een hevige kramp door mijn kuiten en bijna tegelijkertijd voelde ik een vlammende pijn door mijn schouders en buikspieren schieten, daarna door mijn ribben, het voelde alsof er iets zwaars over mijn borstkas gerold werd, iets, wat mijn longen samendrukte. Het ademen ging steeds moeizamer, maar net toen ik dacht dat ik stikken zou hield het zoemen op. "Een lenig mannetje," zei de dokter goedkeurend. "De meeste kinderen van zijn leeftijd komen zo ver niet." Ik wilde mijn ogen sluiten maar de dokter zei me dat dat niet mocht en ook, dat hij maniertjes had om ervoor te zorgen dat ik mijn ogen open zou houden. Bewegen ging niet meer, zelfs het schudden met mijn hoofd wat ik nog deed werd door een stalen band over mijn voorhoofd onmogelijk gemaakt. Een moment leek de toestand zich als het ware te stabiliseren, de pijn werd niet heviger meer, ik kon, éven, iets anders waarnemen dan pijn. In het blinkende vlak dat de onderkant van de boven me hangende bol was, zag ik mezelf liggen 3; 'ik ben best mooi,' dacht ik ineens 3; 'een mooi kindje 3; ' En, dwaas, even was ik trots dat ik tenger was als een vogeltje en blank als een marmeren knapenbeeld. Dan werden de tepelklemmetjes geplaatst. Net als iedere tienjarige waren mijn tepeltjes nog nauwelijks meer dan kleine, vrij vlakke stukjes licht verkleurd vel, maar toch deden de gekartelde klemmen hier meer pijn dan in mijn zij en op mijn teentjes. Maar het meeste pijn deden toch wel de klemmetjes die op mijn voorhuidje en aan de zijkant van mijn plasser werden geplaatst. Een hoog gierend geluid ontsnapte me, samen met een vlok speeksel en snot dat bijna liefdevol door Leon werd weggeveegd. Nu fluisterde de dokter Leon iets in zijn oor. Tot mijn stomme verbazing begon Leon me ineens overal te strelen, vooral over mijn ribben en buik. Ook gaf hij me zachte kusjes op mijn mond, die ik, duizelend van pijn en genot ineens, beantwoordde. De klemmetjes werden even van mijn piemeltje gehaald en toen hij me ook daar streelde reageerde mijn kleine jongensdeel daar gelijk op. "Zie je," zei de dokter belerend. "Dat vindt hij lékker. Een echt 100% flikkersubje, dat is wat we hier hebben. Daar zal Verkercke wel mee in zijn nopjes zijn, als hij hoort dat hij dat kan gaan trainen. Nu goed we gaan verder, zet de klemmetjes maar weer terug dan gaan we gelijk door met de naalden. En de naalden kwamen, zowel in het zachte vlees onder mijn armen en in de holte van mijn elleboog, aan de zijkant van mijn billen ook. Maar ook de hardere delen van mijn lichaam werden niet ontzien. waar het gebeente bijna direct onder mijn vel was: ik kreeg naalden in al mijn ribben, in mijn beide sleutelbenen, zowel aan de voor- en achterkant in de bovenrand van mijn heupen en bijna aan het eind werd een extra stompe naald in mijn 'innie' navel gestoken. Bij iedere nieuwe naald verschenen er zwarte en rode vlekken voor mijn ogen, ik was nu zuiver pijn, een dier in doodsnood was ik, zonder gedachten, zonder gevoelens, alleen nog maar instinct, niets meer. Dat diepe, niet meer pijn voélen, maar pijn zíjn, bereikte zijn, zo men wil, hoogtepunt toen er naalden door mijn kersenronde kinderballetjes werde gestoken. Ik voelde dat ik wegzakte, het bewustzijn begon te verliezen 3; weg zakte ik in een vallei van pijn met de kleur van zonlicht op een zinderende middag in de woestijn. En toen was het over, sneller dan het begonnen was. De klemmetjes, de naalden, het uitgerekt liggen, binnen enkele seconden was het weg en kon ik weer ademen. Pas nu merkte ik dat ik vreselijke dorst had, en alsof hij het wist (misschien was dat ook wel zo) ondersteunde Leon mijn hoofd terwijl hij me uit een glas kleine slokjes water liet drinken. De echte beloning liet nog op zich wachten. Eerst volgden nog, nadat ik even had mogen uitrusten, de temperatuurtesten. Hiervoor werd ik naar een badkuip die werd afgedekt met een doorzichtig deksel, waaruit alleen mijn hoofd naar buiten stak. In de kuip werd een soort ijzig koud gas geblazen dat almaar kouder werd. Eerst rilde ik en klappertandde, wat Leon en zijn vriendje heel amusant vonden, al was het vooral het feit dat mijn piemeltje tot miniscule afmetingen inschrompelde wat hen tot hysterische vrolijkheid dreef. Bij deze test ging de dokter wel door tot ik bewusteloos raakte en datzelfde deed hij enkele minuten later bij de hittetest. Het was gedaan en wat ik ervoor ontvangen mocht was meer dan ik hopen mocht. Weer was ik, even, net als een ruim een jaar geleden, voor Leon wat een pup is voor zijn baasje. Met mijn hoofd op zijn schoot getrokken lag ik bij hem, en streelde hij mijn haar en onbedekte huid, kustte hij me op mijn voorhoofd, speelde met mijn lokken en oortjes, tikte speels, nu rustiger dan toen, tegen mijn kleinejongenspiemel. Ik voelde me weer als die keer dat hij me, weken na het kamp, gesommeerd had met hem en enkele vrienden mee te gaan naar de sauna. "Je doet die gele teenslippers aan, dat korte rode broekje en dat witte hempje, je weet wel. En denk erom, geen onderbroek. Over een uurtje sta je bij de sauna aan de Heinrich Himmlerlaan en daar wacht je maar tot wij komen." Het wond me toen al geweldig op om zo gecommandeerd te worden, en, al wist ik, net negen jaar oud, nog niet zo goed raad met die gevoelens, lékker vond ik het wel. ook en vooral toen ik eenmaal met die grote jongens binnen was, en door hen werd meegenomen naar een gemeenschappelijke kleedruimte waar ik me niet zelf van mijn kleren mocht ontdoen, maar door de oudste vriend van Leon als een kleutertje wérd uitgekleed. Ik ben het afgelopen anderhalf jaar best gegroeid en magerder geworden, maar toen (ik zei al, ik was nét negen jaar oud) had ik nog iets van de opbollende buik die je vaker bij heel jonge kinderen ziet. De grote jongens, allemaal goed afgetraind, waren unaniem van oordeel dat jochies met babybuikjes de hele tijd wel bloot konden zijn en dus mocht ik, anders dan zij, geen handdoek om mijn middel knopen. Nu valt het in een sauna niet heel erg op als je naakt bent, maar dat was anders toen we wat gingen drinken want ook in het restaurant moest ik, als was ik een écht slaafje, bloot blijven. Het was de eerste keer dat ik in het openbaar een erectie kreeg, wat tot gejuich bij de vrienden en welwillende glimlachjes bij de overige aanwezigen leidde. Dezelfde achttienjarige jongen die me zoëven nog had uitgekleed, trok me nu naar zich toe en kustte me in mijn en streelde me heel zacht over mijn buik en piemetje wat me, opnieuw tot ieders genoegen, deed piepen en rillen van genot als een snorrend poesje in de zon. Voor het eerst besefte ik, met een mengeling van trots en verlegenheid, dat mijn lijfje me het soort aandacht gaf dat ik heerlijk vond om te krijgen. En toch, al leek die tijd even terug te komen, er was ook iets zeer grondig veranderd. Nog altijd was mijn knapenschoonheid een bron van vreugde voor anderen, en nog altijd, hoe ongepast dat voor een slaafje ook leek te zijn, voelde ik er iets als trots bij dat dat zo was. Nieuw, angstig nieuw was dat nu, anders dan toen ik nog vrij was, het anderen vooral plezier leek te geven me pijn te doen en aan het huilen te maken. Maar was het, diep in me, niet wat ik altijd al gewild had: slaafje zijn? Veel tijd om er nog verder over na te denken kreeg ik niet. Adolf en Leon bonden mijn polsen voor mijn buik samen en snoerden daarna ook mijn enkels en knieën strak tegen elkaar. Ik kreeg een blinddoek om en werd zonder al te veel plichtplegingen, liggend op mijn buik over de tegelvloer gesleept tot we bij een plank aankwam waar ik op mijn zij liggend op werd gekwakt. Ik moest mijn knieën zo hoog mogelijk optrekken, en mijn hoofd tegen mijn borst drukken. Al snel merkte ik dat ik in een kooi was gestopt, en gereed gemaakt voor een volgend transport.
3.Twee maanden duurde mijn verblijf in 'Schoffies', gecertificeerd dressuur-centrum voor knapenslaafjes. Het centrum was omgeven door het soort dennenbos-op-zandgrond dat in Dietsgouw zoals Nederland tegenwoordig heette, alleen in het oosten voorkomt. Het centrum zelf bestond uit een indrukwekkend bakstenen hoofdgebouw, dat ooit als buitenverblijf voor een baron en zijn familie was gebouwd. Later hadden er paters in gewoond die een internaat dreven. Zij hadden er een schoolgebouw aan toegevoegd en nog enkele kleinere gebouwen waar de jongens in gehuisvest waren.Ik werd er vroeg in de avond afgeleverd en meteen onder de douche gezet. Mezelf wassen mocht ik niet, in plaats daarvan werd ik, als een heel klein jochie, door een vrouw gewassen die ik later nog heel wat beter zou leren kennen. Het douchen en wat er onmiddellijk op volgde vond ik fijn. Het water was warm, de zeep zacht en aangenaam ruikend, ik werd stevig afgedroogd maar zonder dat het pijn deed, mijn nagels werden geknipt, mijn haar geföhnd en met gel in model gebracht. Toen men klaar met me was mocht ik op een kruk zitten en kreeg ik een boterham en een glas melk. Nadat ik die op had de mevrouw die me ook gewassen had de kruimels en een streep melk van mijn gezicht had geveegd kwam er een grote Surinaamse man de ruimte binnen. Hij droeg een t-shirt dat strak over zijn brede borst en omvangrijke biceps spande. Hij zei iets tegen de mevrouw die tot nog toe voor me gezorgd had en tilde me daarna op zonder een woord tegen me te zeggen en droeg me van het schoolgebouw waar de dokter was ondergebracht naar het hoofdgebouw. Door alle emoties van de afgelopen dag was ik behoorlijk slaperig en zakte met mijn hoofd tegen de sterke schouder van de man die me droeg. Hij liet me begaan tot we in het hoofdgebouw waren en een prachtig ingericht kantoor binnendroeg. "Het nieuwe slaafje, meneer," zei hij afgemeten tegen de man die achter een groot en donker bureau zat. Toen liet hij me op de grond zakken. "Rechtop staan! Voeten en knieën stijf tegen elkaar en handen boven op je hoofd," siste hij in mijn oor. Zo snel als ik kon deed ik wat hij me beval. PETS, daar had ik een stevige draai om mijn oren te pakken. Ellebogen naar buiten duwen idioot! En sla je ogen neer!" Met mijn hoofd nog nasuizend van de slag deed ik wat me gezegd werd. Ik hoorde dat iemand zei: "Dank je Geoffrey, je kunt gaan." De man die me gebracht had verwijderde zich en trok de deur achter zich dicht. Ik was nu samen met de man die achter het bureau zat. "Hij is vast de directeur," flitste het door mijn hoofd." Ik stond minutenlang zoals ik in de komende jaren nog heel vaak zou staan. Helemaal uitgekleed, en in een houding die alle liefhebbers van kleine jongens aantrekkelijk vonden. Ik schaamde me, maar ondanks, of misschien wel juist dankzij die schaamte wond het me ook op om zo bekeken te worden. Ik was op die leeftijd dat je je langzaam begint te realiseren dat je uiterlijk van belang is, al wist ik nog niet zo goed waarvoor dan precies. Het was pas een paar maanden geleden dat ik, in de veilige warmte van mijn ouders hun badkamer mezelf in allerlei stadia van ontkleding was beginnen te bekijken. Ik ging dan voor de grote spiegel staan en kleedde me langzaam uit. Toen ergerde ik me er nog vaak aan dat ik er naar mijn smaak veel te kinderlijk uitzag. Vooral het feit dat veel van mijn vriendjes al schaamhaar hadden en ik daar nog geen spoor van zag baarde me zorgen. Het zou nog duren tot het zomerkamp met de verkenners vooraleer ik besefte dat mijn kinderlijke uiterlijk ook een voordeel kon zijn. Toch was ik nog wel zo onschuldig dat ik me nauwelijks gedachten vormde over de aard van de gevoelens die ik wakker maakte bij de grote jongens. Voor mij was het allemaal een zonovergoten spelletje. Tien jaar lang had de levensdrift in mijn lichaam gesluimerd, zoals ze tijdens de wintermaanden sluimert in de kleine en harde knoppen op te takken van een hazelaar. Nu ik bijna elf werd begonnen de levenssappen brak de lente door, wild, stormachtig en hartverscheurend. Voor mijzelf was het vooral de belofte van zomerse rijpheid die zich aankondigde. Ik kon niet wachten tot ik, sterk, groot en ontdaan van iedere herinnering aan mijn kindertijd zou zijn. Maar velen om mij heen leken op de Japanse tekenaar van lentebloesems, voor we de bloesem niet slechts de aankondiging is van de rijpheid der vruchten, maar de manifestatie van de hoogste schoonheid die, helaas, helaas, haast al vervlogen is zodra ze zichtbaar wordt. En ik, in ongeduldige verwachting van wat nu onstuitbaar komen ging, ik verleende grootmoedig gunsten aan de aanbidders van de aanvang, en speelde het schuldeloos en prikkelend spel van de elvenkinderen, die, als ik, onwetend zijn van wat alleen al de aanblik van hun sublieme schoonheid aanricht onder de kinderen der mensen. Maar hier, in deze kamer was alles anders geworden. Ik was gekooid, gevangen als een vlinder. Deze man wilde niet mij láten spelen, nee, hij wilde met mij spelen en zijn spel was heel wat donkerder dan dat van de grote jongens die met de achteloze gulheid van een jonge god met mij doen liet zonder ze de kans te geven mij ooit echt vast te houden. Hij naderde mij langzaam, en langzaam bleef zijn tred terwijl hij dicht om mij heen liep. Toen hij achter me stond voelde ik hoe zijn beide handen langzaam van mijn schouders naar mijn onderrug en billen gleden en weer terug omhoog, naar mijn schouderbladeren. "Net engelenvleugeltjes," hoorde ik hem mompelen. Dan strekten zijn handen zich. Hij duwde tegen mijn voorste ribben met vier vingers en de palm van zijn hand en met zijn duim tegen mijn rug. Hij deed dat zo stevig dat het me pijn deed. De handen van de man omspanden bijna mijn hele bovenlijf. Nu duwde hij met zijn beide duimen op mijn ruggengraat. Het geluid dat een jonge pup maakt als hij bang is ontsnapte aan mijn keel. De man, die nog altijd achter me stond, moest ervan grinniken. Hij boog zich voorover en terwijl de vingers van zijn rechterhand het zachte vlees van mijn buik kneedden duwde hij met zijn rechterhand mijn linkerarm naar beneden en duwde zijn wang tegen de mijne aan. Hoewel hij glad geschoren leek voelde ik toch hoe de nauwelijks zichtbare stoppels mijn huid raakten. Ik rook een vleug van dezelfde aftershave die mijn vader gebruikte, maar ook iets anders wat ik niet eerder geroken had en waarvan ik pas later zou uitvinden dat het de lucht van dure sigaretten was. Nu duwde hij ook mijn andere arm naar beneden en hield me met diezelfde hand stevig bij mijn schouder vast. "Ga je nog niet huilen, kleintje?" vroeg hij bijna fluisterend. En toen veranderde de hand die tot dan toe over mijn buik en billen had geaaid in een klauw die zich rond mijn nog kinderlijke balzakje sloot. Harder en harder kneep hij, ik slaakte een gil. Het getrappel van mijn blote voeten werd gesmoord door het kostbare hoogpolige tapijt waar we op stonden. De hand die zoëven nog op mijn schouder had gelegen drukte nu op mijn borst, waardoor mijn hele lijf stevig tegen hem aangedrukt werd. Hij duwde de nagels van zijn duim en wijsvinger in mijn tepeltje, terwijl hij met de andere hand hard in mijn scrotum bleef knijpen. Het leek alsof een lauwwarme vloeistof langzaam mijn buik begon te vullen. Weer kneep hij harder en weer ontsnapte mijn een gil. Toen liet hij af, hij tilde me op en liet me schrijlings op zijn knieën zitten, met mijn gezicht naar hem toe. En ik huilde. "Goed zo, kleintje," zei hij glimlachend. "Dat zie ik graag, blote knaapjes met tranen in hun ogen." Hij pakte mijn kin vast en zorgde ervoor dat ik hem aan moest kijken. "We gaan hier een mooi speelgoedje van je maken. Morgen ga je naar de dokter en die gaat er voor zorgen dat je vanaf nu niet meer groeit want het zou zonde zijn als er ineens allemaal van die vieze haren op dat mooie lijfje van je zouden gaan groeien. En dan gaan we je leren dat je altijd een braaf en gehoorzaam kind moet zijn. Als je eenmaal goed geleerd hoe je een zoet slaafje moet zijn en ik en het personeel je flink vaak aan het huilen heeft gemaakt en plezier van je heeft gehad door je pijn te doen, dan gaan we je verkopen. We krijgen vast een heleboel centjes voor je, want je bent een heel mooi kereltje. Ik weet zeker dat er meneren zijn die ontzettend graag met je willen spelen, of die je cadeau willen doen aan hun zoon of dochter." Nadat hij dat gezegd had liet hij me voor hem op neerknielen. Ik moest zijn broek losknopen en samen met zijn onderbroek naar beneden trekken. Uit een grote bos zwart krullend haar wees een lang en opwaarts gebogen geslachtsdeel in mijn richting. "Ja," zei de man, "dat is nog eens wat anders dan dat plassertje van jou hè? Nou stop het maar in je mondje." Hij duwde mijn hoofd in de richting van zijn deel. "Bek open, nu!" beet hij me ineens toe en een zweep kletste hard op mijn blote onderrug. Dan, de haren op mijn achterhoofd nog steeds vasthoudend, trok hij mijn hoofd omhoog en deed me hem recht in de ogen kijken. Hij bukte zich voorover en was nu zo dicht bij me dat ik de bittere geur die uit zijn mond kwam weer ruiken kon. "Luister eens diertje, je gaat nu gewoon braaf likken en sabbelen ja? Doe je dat niet, dan heb ik nog een verrassing voor je die je niet prettig zult vinden. Begrepen?!" Ik werd weer hard aan mijn haar getrokken. "Geef antwoord flikkertje!" "Jeh 3; jeh 3; ja meneer," antwoordde ik met een trillend piepstemmetje. Ik sloot mijn ogen en duwde mijn lippen tegen de harde schacht voor me. Maar het was nog steeds niet wat de man van me wilde want weer daalden er vier snoeiharde zweepslagen op mijn billen, schouders en bovenbenen. Kans om weg te komen kreeg ik niet. "Hou je ogen open kleintje." Het leek alsof er duizend naalden tegelijk in mijn onderlichaam gestoken werden. Niet nog eens, dacht ik duizelend, niet nóg eens. Ik dwong mezelf mijn ogen te openen en hevig slikkend overwon ik de weerzin tegen die staalharde lucht die het geslacht voor me omgaf "Het is gewoon een lolly,"flitste het door mijn hoofd en die zin bleef zich, als het ware buiten me om, als een mantra in mijn hoofd herhalen. Zoals een jong diertje met zijn tong gulzig reikt naar de tepel van het moederdier zo bewoog ik me met mijn mond over het trillende geslachtsdeel voor me. De pijn in mijn rug bleef maar begon iets draaglijker te worden en de lucht verloor zijn weerzinwekkende aard, ja, kreeg zelfs iets bedwelmends. Heel mijn kinderlijk gemoed wilde dit nu doen, verlangde naar niets anders dan straks beloond en geprezen te worden. Mijn kleine jongenslid verhief zich, op de snelle en eenvoudige manier waarop kleine jongens als ik erecties krijgen. Ik herinnerde me hoe ik eerder een piemel gelikt had, toen ik vrij was en we, Leon en ik, tijdens het verkennerskamp, alleen nog maar slaafje-en-meester spéélden. Maar nu was het echt en was dit niet wat ik diep in me altijd gewild had: slaafje zijn? En wat had ik dan wel gedacht? Dat het alleen maar leuk zijn zou? Deze man, deze zacht kreunende oude man, die was nu mijn eigenaar, en pas wanneer hij tevreden over me zou zijn, zou ik mijn droom in vervulling zien gaan en eens, helemaal zonder kleren aan op een podium mogen (of moeten, wat is het verschil?) staan en misschien verkocht worden en cadeau gedaan aan een mooie en wrede jongen. Vol overgave trok ik voorzichtig 's mans voorhuid naar achteren, en deed mijn lippen de top van zijn deel omsluiten. De man was inmiddels, bijna onmachtig, teruggezakt in de stoel achter hem. Zijn beide handen woelden door mijn haar. We waren er bijna, hij en ik, nu kwam het stuk waar ik nooit aan kon wennen. Een golf lauwe vloeistof spoelde mijn mond binnen. Tegen alles in lukte het me de kokhalzende bewegingen van mijn slokdarm te overwinnen en tóch te slikken, twee, drie ja zelfs vier maal. Toen was het over 3; het geslacht van de man verloor zijn spanning, langzaam trillend zakte het, ineenschrompelend, weer in zijn normale positie terug. Ik veegde snel met de rug van mijn hand langs mijn lippen om ze weer droog te maken en likte snel de laatste paar vlokken en druppeltjes weg. Dan trok ik me terug, geknield, het hoofd gebogen, de handen werkeloos rustend op mijn dijen in afwachting van nieuwe orders of wellicht van een achteloze schop in mijn weke buik. Maar dat gebeurde niet. Meester kwam weer langzaam tot zichzelf, als iemand die ontwaakt uit een diepe en verkwikkende slaap. Hij glimlachte zelfs even naar me en verlegen glimlachte ik terug. Meester stond op en maakte zelf zijn kleding in orde. "Voet!" zei hij terwijl hij langs me liep en kruipend op handen en voeten volgde ik hem tot achter zijn bureau waar hij achter zijn computer plaatsnam en mij in zijn mildheid toestond naast hem op de grond te gaan zitten in de houding die ik zelf verkoos. Ik bleef die avond nog enige tijd in zijn kantoor tot er bescheiden geklop op de deur klonk en een iets oudere jongen als ik binnenkwam, net zo naakt en net zo rank als ik, maar groter en krullend blond van haren. Meester stelde ons aan elkaar voor: de jongen heette Ding en zou deze nacht het bed met Meester delen. We moesten elkaar kussen. Zonder erbij na te denken hield ik mijn lichaam daarbij terug, maar Ding sloeg snel zijn beide armen om me heen en drukte me stevig tegen zich aan terwijl hij me kuste alsof we al jaren minnaars waren. Inmiddels had ook een iets oudere jongen het kantoor betreden en anders dan Ding en ik was hij niet naakt, maar gekleed in een dure spijkerbroek en een wit t-shirt. Aan zijn grote blote voeten droeg hij fraaie sandalen. De jongen pakte mijn hand en nam me mee naar buiten. Over een grindpad dat pijn aan mijn blote voeten deed liepen we naar een van de bijgebouwen. Het was al donker, maar het terrein was verlicht op een manier die ik kende van de voetbalvelden tegenover het huis waar ik vroeger, eeuwen geleden, met mijn ouders en kleine broertje gewoond had. Waar zou hij trouwens zijn, Timmy? Veel tijd om erover na te denken kreeg ik niet. De jongen nam me mee naar binnen. We betraden een lange, smalle gang waarop allemaal deuren uitkwamen. Hij opende er een en nu stonden we in een eenvoudig ingerichte keuken. Aan de ruwhouten tafel zat een ander jongetje iets uit een kom te eten. Zijn enige kledingstuk was een lang fijngeribd onderhemd dat, toen hij opstond, hem bedekte tot halverwege zijn dijbenen, als was het een jurkje. "Dat is Ricky," zei de jongen die me hier gebracht had, "Ricky, dit is Blackie, het nieuwe slaafje." Ricky keek me met een stralende glimlach aan. Hij had prachtige grote zwarte ogen en een grote bos donker krullend haar: er was zeker een drop Afrika in zijn bloed, die hem zijn zwarte ogen, krullenbol en een vermoeden van een niet geheel blanke huid bezorgd had. Hij was zeker niet dik of vadsig, dat waren slaafjes eigenlijk nooit, maar wel was zijn voorkomen geblokter, veel minder frêle dan het mijne. En ofschoon hij het was die een soort jurkje droeg was ík degene die me meisjesachtig voelde terwijl ik naar hem keek. "Oooh wat een schatje!" riep Ricky uit. "Mag ik zijn maatje zijn meneer Thomas, mag dat alstublieft?!" Zonder op antwoord te wachten sprong hij voor me, sloeg zijn beide armen om me heen en kuste me vol op de mond. Thomas stond er éven glimlachend bij te kijken. "Even geduld Ricky," zei hij op de toon van een schoolmeester die een overenthousiaste leerling afremt. "En jij," richtte hij zich tot mij, "ik snap best dat je eraan moet wennen, maar als andere slaafjes je kussen moet je niet als een houten klaas reageren. Gewoon lekker knuffelen, altijd met het hele lichaam contact maken. Ja doe het nog maar eens, dat is al beter. Ik zal je morgen wel wat plaatjes laten zien, dan zie je wel hoe het moet. " " 3;ja maar, " onderbrak Ricky hem brutaalweg, "ik heb al twee weken geen maatje meer sinds Thor verkocht is. En ik mag nu toch wel eens dom zijn? Ik ben al veertien!" "Ja, maar je ziet er nog altijd uit alsof je twaalf bent en dat blijft ook zo," antwoordde Thomas geamuseerd. "En of je er al aan toe bent dominant maatje te zijn valt nog te bezien. " "Maar hij is zo schattig!" pruilde Ricky verder, "net een meisje." Hij keek me met glimmende ogen aan en kuste me drie keer snel achter elkaar op de lippen. "En ik hou van meisjes! Mag het dan in ieder geval voor vanavond, pleasssse, meneer Thomas?" Kwikzilverachtig snel schoof hij naar Thomas toe die bij het simpele aanrecht een kom stond te vullen met iets wat op cornflakes, fruit en yoghurt leek. Hij duwde zijn stevige jongenslijf tegen de veel oudere jongen aan zoals honden dat doen die bedelen bij hun baasje. Het maakte Thomas aan het lachen. "Vooruit dan," antwoordde hij. "Als hij gegeten heeft en ik zijn wonden heb verzorgd mag je hem in bad stoppen en daarna naast hem slapen. Maar denk eraan, ik hou je in de gaten en als je hem niet laat slapen is het afgelopen en krijg je morgenochtend slaag, begrepen! " "Jajajaja. Dank u wel meneer Thomas!" Hij maakte een sprongetje, sloeg snel zijn armen om de nek van de grotere jongen en kuste hem snel op de wang. Inmiddels was Thomas klaar met waar hij mee bezig was. Hij liet me aan tafel zitten, zette de kom voor me en gaf me een lepel in de hand. Ik had al sinds gisterenavond niets meer gegeten dus had geweldige honger. De cornflakes smaakten nogal raar en ondanks het fruit was de yoghurt veel zuurder dan ik het thuis gewend was, maar ik wist beter dan er moeilijk over te doen. Toen ik uitgegeten was legde meneer Thomas me uit dat alle slaafjes in 'Schoffies' een maatje hadden en dat één van de twee altijd de baas was over de ander. De baas werd 'dominant' of kortweg 'domi' genoemd. De ander, het 'subje' moest doen wat de domi van hem wilde. Protesteren of zich verzetten werd streng bestraft. Ik moest er maar op rekenen dat ik gedurende mijn hele verblijf hier subje zou blijven, want ik had er echt het lijfje voor, maar het was niet aan hem om daarover te beslissen. Omdat hij zo aardig was durfde ik hem te vragen wat dat precies inhield, subje te zijn. Hij tikte me vriendelijk tegen mijn wang. "In de allereerste plaats betekent dat dat je alleen wat mag zeggen als je uitdrukkelijk toestemming krijgt om te praten of wanneer je iets gevraagd wordt. Maar vooruit, voor deze ene keer zal ik het door de vingers zien." Hij ging aan de tafel zitten en liet mij naast hem en Ricky weer naast mij staan. Toen trok hij een schrijfblok en een pen naar zich toe en tekende een grote driehoek. "Hier in Schoffies," doceerde hij, "heeft iedereen zijn vaste plaats. Helemaal bovenaan staat heer Van Rooden. Alle slaven en slaafjes moeten hem met 'heer' aanspreken. Hij is de directeur van dit instituut. Direct onder hem staan de dokter, de vier dresseerders en het hoofd van de huishoudelijke dienst. Daaronder staan de verpleegsters, de tuinman en nog wat andere stafleden. Al die mensen spreek je aan met meneer of mevrouw. Dan zijn er een aantal vekies, vaak de kinderen van de staf. Ook die moet je met meneer en mevrouw aanspreken. Met hun heb je heel vaak te maken: ze zijn echt superwreed. " Hij wachtte even en keek me peinzend aan. "Als ik jou was zou ik proberen zoveel mogelijk uit hun buurt te blijven, vooral bij de jongens, want die hebben er het meeste schik in de kleinste en tengerste slaafjes het ergst te vernederen, te treiteren en pijn te doen. Maar goed, het zal gaan zoals het gaan zal. " Hij richtte zich weer op de tekening voor hem. " Nu komen we bij de slaafjes. Er zijn vier soorten. Wat oudere slaven zoals ik, die eigendom zijn van Schoffies en dat meestal ook wel blijven. Ze heten opzichters. Tegen hun zeg je 'meneer' of 'mevrouw', maar je gebruikt er ook hun voornaam bij. Ik ben dus meneer Thomas voor jou. Tenslotte zijn er de kleinere slaafjes zoals jij en Ricky. Jullie worden bijna allemaal verkocht en zijn hier dus maar tijdelijk. De jongensslaafjes zijn allemaal verdeeld in groepen die we 'units' noemen. Een slaafje is unithoofd. De unithoofden zijn maatje van een opzichter. Alle andere slaafjes zijn het maatje van een ander slaafje. De helft van de slaafjes is dominant, de ander helft subje. En om het nou helemaal af te maken. Onder de subjes is er ook nog verschil. Er zijn namelijk standaards en kleuters. Kleuters zijn geen echte kleuters, maar zijn subjes die gedresseerd worden om zich zo kleuterachtig mogelijk te gedragen. En eerlijk gezegd weet ik bijna zeker dat jij daar bij gaat horen, want kleutersubjes zijn jongens die klein zijn, tenger gebouwd en een beetje meisjesachtig voorkomen hebben. Letterlijk iedereen, tot de dieren in het kamp toe, staan hoger dan de kleutersubjes. Kleutersubjes mogen niets willen, dat is het eigenlijk. Anderen willen iets van hen." Hij trok me dicht tegen zich aan. "Lijkt dat wat, kleutersubje zijn?" Ik knikte verlegen, voelde me al jonger dan ik echt was. "Goed," zei Thomas, "dan kunnen we meteen al eens oefenen. Straks doet Ricky je in bad. Laat jij dan maar eens zien of je echt geschikt bent om kleutersub te worden. " En of ik geschikt was! Als een zoet jochie liet ik me opdrachten geven. Ik tilde mijn armen op zodat Ricky met de spons overal goed bij kon, wreef de shampoo en het water uit mijn ogen zoals kleine kindjes dat doen en liet me als een ledenpop afdrogen. Toen moesten we naar bed. Ricky trok een pyjama aan, ik moest natuurlijk in mijn blootje. En toen we naast elkaar lagen stak ik, zonder dat iemand het me gezegd had, als een brave kleine jongen mijn duim in mijn mond. Uitgeput en met een merkwaardig geluksgevoel viel ik naast mijn sterke jongensachtige vriend in slaap, zonder te vermoeden dat er momenten zouden komen dat ik wenste alles te zijn behalve kleutersubje.
De afdeling waar de 'subjes' waren gehuisvest was geheel gevestigd in het gebouw waar vroeger, toen dit nog een internaat was, de lagere schoolafdeling in was gevestigd. Het gebouw had een L-vorm en geen verdiepingen. In het korte been van de L bevonden de ruimtes voor de staf twee gymlokalen, in het lange been bevonden zich de vroegere leslokalen, waarvan er twee die functie hadden behouden en vier voor andere doeleinden werden gebruikt: een lokaal was ingericht als slaapvertrek voor de subjes en drie werden eufemistisch als 'speelruimten' aangeduid. In feite waren deze speelruimten niets anders dan martelkamers. Langs alle ruimten liep een lange en hoge gang. Vlak voor de 'knik', dus waar het stafgedeelte begon, bevond zich een deur die als regel dicht was. Het spreekt vanzelf dat het ons streng verboden was om zonder uitdrukkelijk bevel in het stafgedeelte te komen. Op de dag dat mijn relatief korte bestaan als subje begon waren er nog vier andere jochies voor wie datzelfde gold en die tegelijk met mij arriveerden. Alle vier waren ze, net als ik, helemaal bloot en hadden, net als ik, een enigszins meisjesachtig voorkomen. Het zou ons nog ontelbare keren te verstaan worden gegeven dat dit uiterlijk kenmerk een belangrijke reden was om ons kleutersubjes te maken. Toen we daar op die kille novemberochtend netjes in een rijtje op de gang stonden te wachten tot 'de meester' ons in het lokaal zou laten hadden we daar natuurlijk nog geen enkel idee van. We hadden het alleen maar erg koud. De gang was namelijk niet verwarmd, alle ramen stonden wijd open en we stonden ook nog eens met onze blote voeten op een tegelvloer. Ik stond te schokken van de kou maar gelukkig klonken er voetstappen door de gang en werden we het lokaal binnengelaten, waar het weliswaar ook niet warm was, maar in ieder geval aanzienlijk minder koud dan op de gang. De voorkant van het lokaal zag er op het eerste gezicht uit als een gewoon, zelfs tamelijk luxe lesruimte. Vanuit het lokaal gezien links van een in het midden hangend smartboard stond een groot bureau met daarop en laptop en een comfortabele bureaustoel erachter. Er hingen posters aan de muur met teksten en afbeeldingen zoals je dat meestal in een klaslokaal ziet. Achterin het lokaal stonden stapels plastic boxen in verschillende kleuren van het soort dat vaak gebruikt wordt om speelgoed in op te bergen. Naast de boxen bevond zich een stapel matten in frisse kleuren en stonden, keurig opgesteld, een twintigtal lage krukjes. Tot zover leek het lokaal in alles op een gewone klasruimte. Maar wie iets langer keek viel onmiddellijk op dat er ook veel zaken waren die je in een gewoon leslokaal niet zou aantreffen. Om te beginnen waren op alle platen in het lokaal naakte jongens te zien. Geen van de afgebeelde jongens leek ouder dan een jaar of dertien te zijn, sommigen waren zelfs veel jonger. Aan de voorkant van het lokaal was een serie van zes foto's te zien waarop steeds hetzelfde jochie van een jaar of negen te zien was. Hij had prachtige blonde krullen en grote donkere ogen, die op alle foto's vol tranen stonden. Dat was te begrijpen, want op de eerste foto was te zien hoe de jongen op zijn buik op de grond lag. Een grote man in het donkere uniform van een bekende beveiligingsfirma had zijn zware laars op de onderrug van het kind geplaatst en hield het zo op zijn plaats terwijl hij het joch tegelijkertijd omhoog trok aan een riem waarmee diens polsen achter zijn rug waren samengesnoerd. Op de volgende foto zag je hoe de knaap samen met een tiental andere jongens naakt en geboeid door een straat werd gedreven. Op de derde foto zag je dat hij op een podium stond. Een man die zeker twee koppen groter was dan het kind zelf hield hem zo bij beide polsen vast dat zijn achterwaarts gebogen armen langs zijn hoofd omhoog reikten. Tegelijkertijd zag je dat de knie van de man die hem vasthield in de onderrug van de knaap geduwd werd waardoor zijn bovenlijf sterk naar voren boog. Voor het kind zat, gehurkt, een andere man die de voorhuid van het joch naar achteren trok en het eikeltje leek te onderzoeken. Een ander groepje foto's toonde een prachtige tuin met zwembad waarin duidelijk een kinderpartijtje gehouden werd. Er waren stralend lachende kinderen, jongens en meisjes in zwemkleding en design zomerkleding. Overal tussen deze spelende kinderen in waren naakte kleine jongens te zien. De meeste van hen stonden klaar met dienbladen vol limonade, snoep en andere versnaperingen. Eén van de slaafjes was zijn jonge meester behulpzaam bij het uitkleden, terwijl een ander het middelpunt vormde van een groepje vrolijke lachende kinderen waarvan er een hem met een zweep op zijn reeds met striemen bedekte lichaam raakte. Maar het waren niet alleen de wandplaten die afweken van wat je gewoonlijk op een school zou aantreffen, zoals een soort wandrek zoals je die wel in gymzalen van scholen ziet. Alleen was de afstand tussen de spijlen hier veel kleiner dan nodig was om kinderen ertegen aan te kunnen laten klimmen en dat was, zoals ik al vrij snel zou ontdekken, ook niet waar het rek voor diende. Tenslotte was er tussen de gereed hangende en staande zwepen, riemen, halsbanden en allerlei onnoembaar griezelig uitziende voorwerpen niets dat je in een normaal klaslokaal zou aantreffen. Veel tijd om erover na te denken kregen we niet. Eerst moesten we in een gereedstaande bak met ijskoud water onze voeten grondig schoonmaken en daarna zo snel mogelijk een krukje pakken. Meester zei ons de krukjes in een halve cirkel te plaatsen en rolde vervolgens zijn eigen bureaustoel ervoor. Daarna ging hij zitten en liet ons op de krukjes plaatsnemen. Wat ik nog niet gezien had merkte ik nu. In het midden van de krukjes bevond zich eenn ongeveer vijf centimeter lange, gladhouten staaf waar we met ons poepgaatje op moesten gaan zitten. Op het zitvlak van het krukje bevonden zich kleine metalen rondjes die de hele tijd dat we zaten in het zachte vlees van onze billen drukten. Verder waren de krukjes erg laag zodat ze erg ongemakkelijk zaten. Daar kwam nog bij dat ons precies verteld werd hoe we moesten zitten: met beide voeten plat op de grond en recht naar voren, de benen zover uit elkaar dat onze piemeltjes voortdurend goed te zien waren, het bovenlijf rechtop en gestrekt en de handen in de nek achter het hoofd gevouwen, terwijl de ellebogen recht boven de schouders moesten worden gehouden. Meester liet ons zeker een kwartier zo zitten. Alles begon me pijn te doen, en de diep in mijn lijf doordringende houten staaf maakte me misselijk. Net toen ik zwarte vlekken voor mijn ogen begon te zien en het klaslokaal leek te draaien hoorde ik een stem die tegelijk heel dichtbij en heel veraf was zeggen dat we op mochten staan. We werden in een rijtje naar 'de gleuf' gestuurd, de plaats waar we, buiten en in het volle zicht van iedereen, onze behoefte konden doen. Daarna moesten we een glas water drinken en, op onze knieën zittende, het krukje van een ander slaafje schoonlikken. Nu zou, zo vermoedde ik, de eigenlijke les beginnen. We moesten met zijn vijven naast elkaar op een vrij lange plastic mat gaan zitten. Er staken wel harde stukjes plastic omhoog uit de mat, die zeer deden aan je billen en voetzolen (want dit keer moesten we zitten met half-opgetrokken knieën en de voeten naast elkaar en plat op de mat) maar het was uit te houden. En voor het eerst sinds we op de krukjes hadden moeten zitten richtte de meester het woord tot ons. "Zo jochies, nu moeten jullie even goed luisteren want ik zeg nooit iets twee keer en je moet alles onthouden en na kunnen zeggen wat ik verteld heb. Ik stel heel vaak onverwacht vragen aan jullie. Als ik je een vraag stel moet je opstaan en dicht bij me komen staan met wat vroeger je handen werden genoemd op wat we nog maar even je hoofd zullen noemen. Dan geef je antwoord. Als je het antwoord niet weet zeg je: 'Meester, slaafje is te stom om het goede antwoord te weten.' In dat geval, of als je een fout maakt, krijg je straf. Dus wat gebeurt als je het foute antwoord geeft Blackie?" Ik schrok op, maar nog voor ik kon reageren gloeide een striemende zweepslag op mijn rechterschouder. "Sneller opstaan idioot!" Pets, een tweede slag, nu op mijn linkerschouder. Ondanks de snijdende pijn haastte ik me om overeind te komen, stapte naar voren en ging in de voorgeschreven houding staan. "Dan krijg je straf." antwoordde ik. Inmiddels had meester een dun riet ter hand genomen waarmee hij me ter hoogte van mijn navel en over de volle breedte van mijn buik een stevige slag gaf. Ik kermde van pijn. "Blondje, wat deed hij fout?" Er waren drie zweepslagen voor nodig om een blondgekruld jochie dat niet ouder kon zijn dan een jaar of zeven zover te krijgen dat hij naast me kwam staan. "Meester, slaafje is te stom om het goede antwoord te weten," piepte het jochie. Meester glimlachtte. "Ik had niet anders verwacht Blondje. Ga maar weer gauw zitten jullie twee. Blondje, je krijgt straks nog straf. Niet vergeten daar aan het eind van de les om te vragen." "Wat dit kleine donkerharige flikkertje fout deed was dat hij niet met twee woorden sprak," legde hij nu rustig uit. Als jullie me antwoord geven moet je altijd met 'meester' afsluiten. Verder zei hij 'je' en dat is ook fout. Slaafjes praten altijd over zichzelf in de derde persoon. Het goede antwoord was dus geweest: 'Dan krijgt slaafje straf, meester'. " De man praatte nu tegen ons zoals ik me herinnerde dat meesters en juffrouwen op school altijd tegen een klas spraken: rustig en met nadruk op woorden waar ieder ander geen nadruk op zou leggen. Het klonk zo vertrouwd dat ik aandachtig naar hem opkeek. Ik zag een man met lichtgetinte huid, donkere ogen en zwarte haren waar hier en daar al het eerste grijs doorheen begon te schieten. Hij had de gezonde uitstraling van iemand die veel sport en buiten is en maakte, nu hij zo rustig tegen ons sprak, helemaal niet de indruk iemand te zijn voor wie je bang moest wezen. Toen hij zag dat ik keek, glimlachtte hij zelfs even naar me en verlegen glimlachtte ik terug. Ik leek al bijna vergeten te zijn dat de brandende pijn in mijn beide schouders en de weeë krampen in mijn buik door deze vriendelijke man veroorzaakt waren en dat hij me net eenvoudigjesweg had uitgescholden door me flikkertje te noemen. "We komen nu bij de eerste regel. Ik zeg die voor, jullie zeggen hem dan samen een paar keer, zodat je hem goed onthouden gaat. De eerste regel is: 'slaafjes zeggen nooit 'ik' ze noemen hun slavennaam of zeggen 'uw slaafje' als ze over zichzelf praten'." Een paar minuten waren we bezig met deze regel eerst in stukjes en daarna helemaal na te zeggen. Hierna leerden we nog twee andere regels uit ons hoofd, namelijk dat we altijd met twee woorden moesten spreken en dat we niet mochten praten behalve als ons iets gevraagd werd. "Goed zo, kleintjes," prees meester ons. "Nu ga ik jullie een filmpje laten zien. Goed opletten want straks krijgen jullie er vragen over." Hij liep naar zijn bureau en zette laptop en smartboard aan. Er begon een filmpje. We zagen het interieur van een auto. Op de achterbank zat een blonde jongen van een jaar of tien. Hij droeg een zachtroze Lacoste-shirt met korte mouwen, een dure spijkerbroek en dito Nike schoenen. In zijn rechteroor had hij een gouden ringetje en om zijn nek een gouden kettinkje. Naast hem stond een kleurige rugzak waarin kennelijk spullen van hem zaten. Een vrouwenstem vertelde dat deze jongen vroeger 'Ronald' heette, maar dat hij, nu hij wees geworden was en er niemand voor hem wilde zorgen, slaafje was geworden en geen naam meer had. Hij werd naar Schoffies gebracht om te leren hoe hij een goed slaafje kon worden en zou daarna worden verkocht. Zolang hij in training was zou hij een voorlopige naam krijgen. Even later draaide de auto het terrein van Schoffies op en moest Ronald uitstappen. Tot mijn verbazing mocht hij zelfs zijn rugzak meenemen. Dat ging bij mij toch wel anders, dacht ik. Maar toen Ronald eenmaal binnen was werd al gauw duidelijk dat dat wel mee viel. "Zodra het nieuwe slaafje binnen is begint zijn training al," legde de vrouwenstem uit. "Slaafjes moeten eraan wennen dat ze steeds weer geplaagd worden. Dat gebeurt nu ook met dit slaafje. Hij denkt dat hij zijn spulletjes mag houden maar dat is natuurlijk niet zo. Kijk maar." Even later zien we Ronald tegenover een groepje van zes jongens en meisjes staan. De kinderen zitten op makkelijke stoelen, achter hen brandt een haardvuur. Ronald krijgt van een van een van de meisjes het bevel dat hij zijn shirt moet uitdoen. Daarna moet hij op de grond neerknielen om het netjes op te vouwen. Als hij dat gedaan heeft moet hij naar het meisje toekruipen en op zijn knieën voor haar gaan zitten en zijn handen achter zijn hoofd vouwen. het meisje zegt hem dat hij zijn bovenlijf moet strekken. Je ziet dat hij aarzelt, maar inmiddels heeft een van de jongens een zweep in zijn handen. Grinnikend kijkt hij even naar zijn vriendjes om dan met volle kracht uit te halen en Ronald vól op zijn naakte rug te raken. Je ziet dat Ronald eerst verbaasd omkijkt, alsof het even duurt voordat tot hem doordringt wat hem wordt aangedaan. Dan echter dringt de pijn zich in alle hevigheid op. Hij schreeuwt het uit en zakt, samenkrimpend in elkaar. Joelend komen de andere kinderen naar voren, zichtbaar genietend van de pijn die het mooie kind door hun toedoen ondergaat. De grootste van de aanwezig jongens trekt hem aan zijn haren omhoog en dwingt hem zich uit te rekken. Het meisje staat nu op en duwt haar nagels in de kleine, nog kinderlijke tepels van het joch. Zodra er kleine druppels bloed zichtbaar worden kromt ze de vingers van beide handen tot een klauw en haalt dan langzaam en zo krachtig mogelijk haar nagels over de naakte borst en buik van het kind. Dan zet meester de film stil. "Wat denken jullie, hebben die verheven kinderen plezier? Ik wil vingers zien!" Vijf vingers schieten de lucht in. Meester geeft het woord aan een donker jochie van een jaar of acht. "Zeg jij het eens Aapje. O en blijf maar zitten. " "Ja meester, ze hebben pret meester." Meester knikt instemmend, dan richt hij zijn aandacht op een heel rank en heel blond knaapje van een jaar of tien. De huid van het jongenskind is zo dun dat je de aderen op zijn armen en in zijn buik kunt zien lopen. Zijn lichtblonde haar valt in lange strengen over zijn schouders. Wie alleen de haren en het fijn gesneden gezichtje ziet zou kunnen denken dat het kind een meisje is, maar zijn kleine maar duidelijk zichtbare piemeltje en de daaronder nog vlak tegen zijn lichaam rustende balletjes bewijzen het tegendeel. "En wat denk jij Meisje? Waarom hebben ze pret? Je kunt ook blijven zitten." Het jochie slikt, het is duidelijk dat hij er nog niet gewend is aan zijn vernederende nieuwe naam. Toch zegt hij, met een hoog en helder stemmetje: "Ze vinden het leuk om dat kindje pijn te doen meester." "Heel goed kleine. Als beloning mag je vanavond een half uurtje bij meester op schoot. " Hij glimlachtte even flauwtjes. Anders dan Meisje wist hij natuurlijk al dat dat nauwelijks een beloning te noemen was. "Ja, die verheven kinderen vinden het leuk om hun nieuwe slaafje pijn te doen en te plagen. En dat is nou met jullie ook zo. Net als dit jongetje waren jullie vroeger ook vrije kinderen. Maar nu niet meer. Jullie zijn nu slaafjes. En omdat jullie zulke mooie kindjes zijn worden jullie over een tijdje verkocht als speelgoed voor echte kinderen. en we willen natuurlijk dat die heel veel plezier aan jullie beleven. Daarom gaan de juffen en meesters hier jullie leren hoe jullie dat moeten doen: zorgen dat verheven kinderen plezier aan jullie beleven. En als je nu heel goed oplet en braaf alles doet wat we van je verwachten dan zul je merken dat je na een tijdje je alleen nog maar afvraagt hoe je echte mensen en echte kinderen een pleziertje kunt doen." 'Hij praat zoals je tegen kleuters praat,' dacht ik en alsof hij mijn gedachten lezen kon ging hij daar ook over verder. "Nou waren jullie als vrije kinderen allang geen kleuters meer. Jullie zijn al best wel grote jongens. Maar veel Verheven Kinderen vinden het nu eenmaal leuk om al wat oudere jongens te hebben die zich toch als heel kleine kinderen gedragen. En weet je waarom? In de eerste plaats omdat het er heel lief uitziet als een al wat grotere jongen zich als een kleutertje gedraagt. Maar ook omdat je een echte kleuter natuurlijk nooit zoveel pijn kunt doen als jullie. En jullie zullen eraan moeten wennen dat bijna iedereen die je vanaf nu tegenkomt het leuk zal vinden om jullie pijn te doen, of te plagen." Hij zei het allemaal zo vriendelijk 3; en ergens leek het me allemaal ook heel opwindend en eng tegelijk. Zou ik echt mijn hele leven speelgoed kunnen zijn? Nooit meer hoeven nadenken, nooit meer naar school, maar leven als een soort diertje? Op een wonderlijke manier leek het me ineens heel aantrekkelijk, ondanks, of misschien wel dankzij de pijn en de vernederingen die ermee gepaard gingen. Maar wacht, ik moest goed opletten, een zoet kindje zijn. Anders werd ik misschien wel nooit speelgoedknaapje, maar zou ik naar de mijnen gestuurd worden, want dat gebeurde met stoute jongensslaafjes. Meester vroeg ons of we wisten wat er straks ging gebeuren met het jongetje in de film. Snel stak ik mijn vinger op. "Blackie?" "Meester, slaafje denkt dat het jongetje straks helemaal in zijn blootje moet meester." "En waarom zou dat zijn denk je?" "Omdat verheven kinderen het leuk vinden om slaafjes in hun blootje te zien meester." "Ja, dat is zo. En waarom zijn jullie nu bloot, hè? Er zijn hier toch geen verheven kinderen?" Ik dacht even na. Toen ineens wist ik het "Meester omdat kleertjes voor slaafjes zoals wij veel te duur zijn. En omdat u ons dan beter kunt slaan meester." En, opzettelijk veel kinderlijker dan ik me voelde voegde ik eraan toe: "Want als u ons op ons blote lijf slaat doet dat veel meer au meester." "Heel goed, kleine. En weet je waarom ook? Omdat ik het net als Verheven Kinderen ook heel leuk vind om jullie bloot te zien. Nou, we gaan eerst de rest van de film kijken en daarna gaan jullie een opdracht geven. En jij Blackie, kom jij maar even bij meester op schoot zitten." Trots dat ik nu al was uitgekozen als liefste jongetje van de klas sprong ik op en liep snel naar meester toe. Gewillig liet ik me bij hem op schoot trekken en ging tegen hem aanliggen zoals ik dat vroeger bij mama deed. Dit stuk van het subje-zijn begreep ik in ieder geval, dacht ik terwijl ik mijn duim in mijn mond stak en mijn andere arm langs mijn lichaam neervlijde zodat meester alle ruimte had om me te strelen, te betasten en te knijpen waar hij maar wilde.
Het is, voor iemand die altijd vrij is geweest te doen en te laten wat hij wil misschien nauwelijks voor te stellen, maar er zit iets heel bevredigends in een leven waarin je nooit ergens over na hoeft te denken, alleen maar hoeven te gehoorzamen 3; het heeft wel iets 3; maar nu, terwijl ik in dat wildvreemde huis zat te wachten op de man die me gekocht had, nu vrees ik dat ik de rest van mijn korte leven vooral te maken zal krijgen met het enige wat ik akelig vind aan mijn slavenbestaan. En dat heeft te maken met seks: gedurende de maanden dat ik bij Schoffies verbleef heb ik het altijd vreselijk gevonden door grote jongens en volwassen mannen te worden verkracht. En de man die me gekocht had, mijn nieuwe meester, ik weet bijna zeker dat hij vooral daarom wilde hebben. Die enorme belangstelling die hij had voor mijn jongenskutje. toen hij me voor de koop inspecteerde 3; het kon bijna niet anders dan dat hij daar graag en vaak in wilde 3; en er zou niets zijn wat ik kon doen om het te voorkomen.. Al wat ik kan doen is afwachten. De man had me, na de verkoop, in zijn auto laten stappen en meegenomen naar een grote villa. Tijdens de rit erheen had hij geen woord tegen me gezegd. Eenmaal binnen had hij me, nog altijd zwijgend, meegenomen naar de badkamer en me in een groot bad gezet. Het water was lekker warm, de zeep die hij gebruikte duur, de spons zacht, net zo zacht als de handdoek waarmee hij me afdroogde. Ik wist niets beters te doen dan verlegen te glimlachen, maar hij glimlachtte niet terug en dat maakte me weer angstig. Na het bad knipte hij mijn nagels en toen dat eenmaal gebeurd was pakte hij me bij mijn hand en nam me mee naar een kamertje waar een gedekt eenpersoonsbed stond en een grote kast. Uit die kast pakte hij ondergoed en een pyama die hij me aantrok. Daarna sloeg hij het dekbed terug, tilde me op en legde me op mijn zij in het bed. Hij keek even naar me voordat hij het dekbed over me heen sloeg. Tenslotte deed hij de gordijnen dicht en verliet de kamer. Het bed was warm en ik was doodmoe zodat ik al heel snel in slaap viel. Nu ben ik wakker 3; hoe laat het is weet ik niet 3; opstaan durf ik niet, ook al moet ik heel erg plassen 3; ik blijf maar liggen, en wacht 3; Ergens tussen het waken en slapen in komen beelden van de afgelopen dagen me weer voor de geest. Hoe ik naakt had zitten spelen in een ruimte die mensen uit een slavenloze samenleving op een dierenwinkel zouden hebben vinden lijken. Na een paar keer uit de zandbak waar ik met ander blote kinderen in zat te zijn gehaald om aan een mogelijke koper getoond te worden was het dan eindelijk raak. De man met de hoed en de dure jas die nu mijn Meester was had me kort bekeken, geknikt en me gekocht. Die man stond nu voor me. "Lekker geslapen?" Bij wijze van antwoord knikte ik verlegen. "Nou, sta dan maar eens op dan." Gehoorzaam deed ik wat van me gevraagd werd.Ik verwachtte eigenlijk dat Meester me nu wel snel weer bloot zou willen zien, maar in plaats van dat hij me uit begon te kleden of me opdracht gaf dat zelf te doen ging hij zitten en klopte hij op zijn knie. Nog altijd erg verlegen ging ik op zijn knie zitten. Ik was bijna blij dat hij met zijn hand onder mijn pyamajasje schoof en me over mijn blote rug en buik begon te strelen: dit snapte ik tenminste 3; "Hoe heetje?" "Blackie meester." "Nee zo hebben ze je genoemd. Ik bedoel: hoe heet je echt?" Ik voelde zout achter mijn ogen prikken bij die vraag; "Patrick meester," antwoordde ik met schorre stem. Goed, Patrick, dus." Hij keek me aandachtig aan, op een manier die me meer deed denken aan de manier waarop mijn vader naar me placht te kijken dan aan de troebele blikken van de mannen die in Schoffies over me beschikten. Opnieuw glimlachtte ik flauwtjes en dit keer beantwoordde hij mijn glimlach. "Ik ga je Ricky noemen," zei hij. "Ja meester," antwoordde ik nogal onnozel. Met een zacht duwtje in mijn rug gaf meester te kennen dat ik weer moest gaan staan en toen ik eenmaal weer stond trok hij me de pyama uit. "Meester wil naar me kijken," besefte ik en als een goed getraind jongenshoertje vouwde ik mijn handen achter mijn hoofd. Ik lette erop dat ik mijn ellebogen zo ver mogelijk naar achteren duwde zodat Meester mijn gladde oksels goed zou zien en strekte mijn bovenlijf zover mogelijk uit zodat mijn ranke bouw zoveel mogelijk tot zijn recht kwam. Mijn door de drie maanden in Schoffies gevormde instinct zei me dat ik me bij Meester het best zo 'naturel' mogelijk moest gedragen.Natuurlijk hield ik mijn ogen strak gericht op het stukje vloer voor me. Als er iets is wat je als slaafje goed weet, dan is het wel hoe je eigen tenen en de vloer ervoor eruit zien 3; Terwijl ik daar zo stond hoorde ik de voordeur open- en dichtgaan. Lichte voetstappen naderden snel. Achter me ging de deur van de kamer open en ik moest mezelf beheersen om niet achterom te kijken. "Is dat hem?" hoorde ik een opgewonden jongensstem uitroepen. "Ja, Erwin, dit is je nieuwe slaafje. Hij heet Ricky." "Oh wat een schatje! Dankjewel papa! Dat is het mooiste verjaardagscadeautje sinds Ding." Opgewonden besefte ik dat ik een cadeautjes was. Tijdens het uurtje tussen het moment dat ik wakker werd en het moment dat Erwin binnenkwam had ik heel even de dwaze hoop gehad dat Erwins vader me als een soort zoontje zou gaan behandelen. Ik wist dat dat voorkwam, bijna alle jongens bij Schoffies droomden ervan in zo'n huis terecht te komen. Nu was ik er dus achter dat dát niet voor me was weggelegd. En binnen een uurtje wist ik ook dat de op één na beste optie, namelijk, surrogaatvriendje worden van een Verheven Kind, evenmin vooor me was weggelegd. Want terwijl ik midden in die kamer, met neergeslagen ogen stond te wachten, hoorde ik Erwins vader tegen zijn zeggen dat "dit wel de laatste keer was." "Als je Ricky ook binnen een jaar kapot maakt, dan is het afgelopen." "Maar ik mag hem toch zeker wel pijn doen?" "Ja natuurlijk, daar gaat het helemaal niet om. Maar hou hem heel, dat is alles wat ik zeg. Dan heb je er de komende jaren plezier van."
Toen kwam mijn nieuwe meester voor me staan en na wat ik zojuist gehoord had, trok mijn maag samen van spanning. "Aankijken, hond!" Gehoorzaam sloeg ik mijn ogen op. Voor me stond een iets grotere jongen dan ik. Hij droeg een duur Tommy Hilfigershirtje. Ik herkende het witrode balkje van de kleren die ik zelf droeg toen ik nog 3; niet aan denken nu 3; Ook de spijkerbroek die hij droeg was van een duur merk, en ook de Nikes die hij droeg waren niet goedkoop. Erwin had, net als ik, zwarte haren en een lichte huid. Maar anders dan ik had hij blauwe ogen en sproetjes rond zijn neus. Hij was ook breder en zwaarder dan ik, wat natuurlijk ook weer logisch was: ik stond al maanden op een dieet waardoor ik geen grammetje vet teveel overhield. Terwijl mijn jonge meester voor me stond voelde ik dat ik vanaf mijn nek langzaam rood kleurde. Drie maanden ben ik nu al slaafje en nog steeds ben ik er niet echt aan gewend naakt te moeten zijn in het gezelschap van volledig geklede kinderen. "Hé wat krijgen we nou kleintje? Schaam je je een beetje?" grinnikte mijn nieuwe eigenaar. "Meester, ja meester 3; slaafje is 3; AAAUW!!" In een flits was meester Erwins hand uitgeschoten naar mijn zak. Venijnig kneep zijn jongenshand mijn ballen. Terwijl hij me stevig vast bleef houden drukte hij zijn schoen op de tenen van rechtervoet en, als om het af te maken, nam hij met zijn vrije hand mijn linkertepeltje tussen de nagels van zijn duim en wijsvinger. Er dansten rode en zwarte vlekken voor mijn ogen maar meester liet niet af. Pas toen ik bijna dubbelsloeg van de pijn liet hij mijn tepel, maar nu alleen maar om zijn arm om mijn nek te knellen. Nu liet hij ook mijn ballen los. Ik zag nog hoe hij zijn broekriem uit zijn broek trok en even later danste die riem met elkaar snel opvolgende kletsen op mijn gekromde rug. De jonge meester sloeg hard en nauwelijks op mijn billen, maar vooral op het deel tussen de billen en de onderkant van de schouderbladen. Af en toe wisselde hij dat af met slagen op mijn bovenbenen. In een flits zag ik dat er andere mensen, die blijkbaar net de kamer waren binnengekomen, om ons heen waren gaan staan: een vrouw, twee grote meisjes en nog een jongen. Aan de voeten van één van de meisjes hurkte een jongetje dat even bloot was als ik. Ineens liet meester me los. Even bleef ik, kromgebogen van de pijn staan. Toen zag ik dat één van de twee grote meisjes een stap naar voren deed en zich vooroverboog om me bij beide polsen vast te pakken. Ruw trok ze me overeind en nu ging de afranseling verder, met dezelfde riem en dit keer op mijn buik en borst. De pijn deed me alles vergeten wat ik bij Schoffies geleerd had. Ik smeekte mijn meester om op te houden. En eindelijk hield het op. Nu was het de beurt aan het andere meisje. Ze pakte me bij mijn oor en trok me achter zich aan de tuin in. Er stond zo'n u-vormige constructie waar gewoonlijk schommels aan worden opgehangen maar waar hier aan de ringen leren handboeien hingen. Met een paar geroutineerde bewegingen maakte ze mijn polsen daaraan vast en trok de kettingen waaraan ze vastzaten omhoog tot ik op mijn tenen moest staan om de bodem nog te raken. Met een ruwe spons zeepte ze me snel van top tot teen in. Daarna werd ik met een straal ijskoud water uit een tuinslang nat gespoten en door het blote jongetje dat zoëven nog aan haar voeten zat schoongeschrobd. Toen dat gedaan was werd ik weer losgemaakt en ruw afgedroogd. Daarna zei ze me dat ik naar mijn 'baasje' moest. Nog natrillend van de pijn liep ik met stramme passen terug naar mijn jonge meester. Die was inmiddels bezig gasten voor zijn verjaardag te ontvangen. Toen hij me zag, wenkte hij me dichterbij te komen. "Zo," grinnikte hij, "Nu heb je iets om je voor te schamen, flikkertje. Nou, schiet op, ga een glas Cola voor me pakken." Toen ik dat gedaan had leek hij me verder te vergeten. Niet wetend wat verder te doen bleef ik even staan, tot ik zag dat de kleine blote jongen die me zoëven gewassen had, me wenkte naar zijn hoekje te komen. Om niet teveel op te vallen kroop ik op handen en voeten naar hem toe en plofte naast hem neer. "Mooi gaan zitten! " siste hij me toe en toen ik hem niet-begrijpend aankeek liet hij erop volgen: "Je moet net als ik gaan zitten." Snel nam ik zijn houding over en even later zaten we schouder aan schouder neergeknield. Het lette nauw hoe je zat want het joch gaf me nog snel aanwijzingen hoe ik mijn houding moest verbeteren. Een paar tellen later zat ik met mijn onderbenen in een v-vorm en mijn handen plat achter mijn billen zodat mijn bovenlijf als het ware de schuine zijde van de driehoek vormde die ik met mijn lichaam maakte. "Zo kan iedereen die dat wil je slaan of aan je zitten," legde het joch fluisterend uit. "Maar nu stil. We mogen niet praten." Het duurde niet lang of de vrouw die ik eerder had gezien kwam naar ons toe en gaf ons een paar klusjes: we moesten met drinken rondgaan langs de gasten en versnaperingen rondbrengen. "Als jullie daarmee klaar zijn mogen jullie wel even vrij," besloot ze niet onvriendelijk. "Dan kun jij Ding aan Ricky uitleggen hoe de dingen hier werken." Ter afsluiting aanide ze het joch dat kennelijk Ding heette over zijn ruwe blonde krullen. Ding reageerde daarop zoals een hondje zou doen dat aangehaald wordt. Hij zat gehurkt, hield zijn handen slap afhangend voor zijn borst, liet zijn tong uit zijn mond hangen en stootte korte hijgstootjes uit. De vrouw glimlachtte en gooide een soort klontje in de lucht dat door Ding feilloos met zijn mond uit de lucht werd geplukt. Daarna hield ze mij eenzelfde soort klontje voor, maar ik moest het van haar vlakke hand afpakken. En ik was natuurlijk slaafje genoeg om te begrijpen dat ik daarbij alleen mijn lippen gebruiken mocht. Tijdens de rondgang onder de gasten werd ik door de meeste volwassenen volkomen genegeerd. Ze pakten een glas van het dienblad dat ik droeg of wat nootjes uit de bakjes die erop stonden. Een enkeling aaide me over mijn haar of gaf me een vriendelijk tikje tegen mijn wang. Enkele kinderen haalden nieuwsgierig hun vinger over een van mijn striemen maar als een volwassene dat zag werd zo'n kind snel tot de orde geroepen. "Straks mag je hem spelen," hoorde ik een moeder tegen haar dochtertje zeggen toen die haar scherp gevijlde nageltje diep door een van de striemen op mijn rug ploegde. 'Hem spelen', ja, zo zeg je dat. 'Met hem spelen', dat doe je met een gelijke, een Verheven Kind dat een slaafje als speelgoed gebruikt, speelt niet met hem, maar speelt hem. Eén van de meesters op Schoffies had ons dat eens uitgelegd tijdens een les die misschien nog het meest leek op een les Nederlands zoals Verheven Kinderen dat kregen. Voor ons, slaafjes, waren die lessen wel anders. Lezen en schrijven hoefden we niet meer te leren. Voor een slaafje wist ik al ongelooflijk veel want ik had tot halverwege groep zeven op een gewone basisschool gezeten. Heel veel slaafjes konden alleen maar hun naam schrijven en eenvoudige briefjes lezen en heel veel konden zelfs dat niet. Wat je op een slavenschool als die er op Schoffies was wél leerde was hoe je moest praten als slavenkind. Inmiddels was mijn blad leeg. Natuurlijk liep ik zo snel mogelijk naar de keuken met mijn dienblad dat nu vol lege glazen stond. Ding was daar ook al en hij zette de vaat in de afwasmachine. De mevrouw die duidelijk Erwins moeder was, gaf ons allebei een slavenkoekje en zei tegen Ding dat hij me nu wel even het huis mocht laten zien en dat we daarna naar ons hok mochten tot ze ons weer kwam halen. Toen keek ze nog even glimlachend naar mij. "Laat je ruggetje eens zien." Gehoorzaam draaide ik me om en bukte iets naar voren om de meesteres alle kans te geven mijn rug te inspecteren. Ik voelde hoe haar koele hand over mijn huid gleed. "Jij bent echt mooi slank, hè?" "Ja mevrouw, dankuwel voor het compliment mevrouw," antwoordde ik verlegen. "Nou het staat je goed, die striemen. Maar je meester moet zich wel een beetje beheersen, anders ben je zo stuk." Ze gaf me een speels tikje op mijn billen. "Nou, ga maar met Ding mee. Jullie mogen praten." "Dank u wel mevrouw," antwoordde Ding beleefd. Hij pakte me bij de hand en leidde me door de drukke kamer de trap op naar boven. Ik kreeg de slaapkamers van de ouders, Erwin en de twee slaapkamers van zijn oudere zussen te zien, maar veel belangrijker was wat er op zolder allemaal was. Daar was een complete speelkamer ingericht om slaafjes te kunnen kwellen. Er waren boeien die op onze maat gemaakt waren, maar ook zag ik dat er nog kleinere boeien netjes opgehangen hingen. Die waren voor Pup vertelde Ding me. Ik zou hem zo wel zien "Je zult hem zo wel zien want we moeten zo het hok in en daar ligt hij ook," zei Ding. Ik slikte bij de aanblik van de professionele martelinstallatie. "Zouden ze mij 3;" vroeg terwijl ik voelde dat mijn buik van pure spanning samenkneep. Ding keek me met een spottend lachje aan. "O reken maar. De jonge meester doet niets liever dan ons martelen. Bij mij krijgt hij niet altijd de kans omdat ik het slaafje van juffrouw Saskia ben, maar jij bent van hem. Alleen meneer en mevrouw houden hem een beetje in toom. Hoewel, voegde hij er peinzend aan toe, die er ook van kunnen als het zo uitkomt. Als mevrouw doktertje met je gaat spelen, berg je dan maar 3;" Maar goed," besloot hij, daar kun je toch niks aan veranderen. Kom gauw mee naar het hok dan kunnen we nog een beetje praten en er is ook altijd drinken. Het hok leek nog het meest op een bovenmaats konijnenhok. Het was bijna helemaal van ruwe planken gemaakt. Op de bodem lag een dun laagje stro. Rondom waren tralies. het dak was van golfplaat. In de hoek stond een voerbak met water en in een andere hoek was een gat waaronder een soort trommel stond. Als je in het hok was en je moest plassen of poepen moest je het daar doen, want je mocht nooit op eigen initiatief het hok verlaten. Ding vertelde me dat de kindslaafjes hier werden opgesloten als ze niet op een van de slaapkamers of op de speelzolder moesten overnachten. Tegen de achterwand, tussen de waterbak en het poepgat lag, op zijn zij, één van de mooiste jongetje te slapen die ik ooit gezien had. Om te beginnen had hij de lichtste huid die ik ooit gezien had. Wat dat extra mooi maakte waren de goudblonde krullen die zijn nek en de bovenste helft van zijn oortjes bedekten. Het haar gaf hem iets geslachtsloos, en juist door die geslachtsloosheid werd hij nog meer kleine jongen dan hij al was. Zijn ranke bovenlijf sierden twee gelijkmatig gevormde en duidelijk zichtbare jongenstepels en een naveltje dat, nu hij lag, een perfect verticaal streepje vormde in zijn verder helemaal gladde buik. De gelijkmatige curve van zijn heupen omsloten een volmaakt gladde onderbuik waarop geen haar of puistje of anderee onregelmatigheid te ontdekken was. In plaats van door een weerzinwekkende woekering werd het schuldeloze piemeltje bekroond door een soort richeltje van vlees, niet groot, o nee, niets aan dit cherubijntje werkte groot of zwaar, en dat gold al helemaal niet voor alles wat maakte dat je kon zien dat hij een jongetje was. Zijn jongensdeel wekte alleen bewondering doordat het zo mooi gevormd was. Onder het dunne vel was de rand van zijn eikeltje duidelijk te zien en ook het scrotum had de ronde vorm die toonde dat de balletjes van dit kind nog niet eens begonnen waren om in te dalen. Wat ik zag, was het Kind, en het Kind was, hoe kon het anders, een jongen. We konden zitten in het hok maar Ding vertelde dat dat eigenlijk niet mocht. We moesten altijd op onze rug of op onze zij liggen in het hok. Dus gingen we naast elkaar op onze rug liggen "Ik ga je alles vertellen wat je moet weten kleintje," zei hij niet onvriendelijk. En hij vertelde, zachtjes, om Pup niet wakker te maken. Hij begon met te vertellen dat hij zestien jaar was, maar dat zijn groei was stopgezet toen hij twaalf was. Anders dan ik kon hj dus wel al echte orgasmes krijgen. Steels keek ik naar zijn, voor een twaalfjarige niet uitzonderlijk groot geslacht. Ik hoopte dat ik nog eens de kans zou krijgen erop te zuigen. De familie waar we van zijn bestaat uit een vader, een moeder en drie kinderen: Saskia, de oudste, is zeventien en zit in de vijfde klas van het atheneum. zij is de meesteres van Ding. Zij had hem ook zijn naam gegeven. Ze had hem gekregen toen ze veertien was en hem vernoemd naar haar kort daarvoor overleden hond. Het tweede meisje heet Judith en is veertien. Zij zit in de derde klas van het atheneum Pup is haar slaafje. Pup is zeven jaar en mag nog twee jaartjes groeien. De verwachting is dat hij op zijn negende nóg mooier zal zijn. Ik keek weer zijn kant op en kon het me niet voorstellen. De enige jongen van het gezin is dus mijn meester. Hij heet Erwin en is vandaag dertien geworden. Hij zit in de brugklas van het vmbo. De vader en moeder waren allebei rond de veertig. Ze hadden een eigen bedrijf aan huis waar ze software ontwikkelden. "Het zijn echte Verhevenen," vervolgde Ding en er klonk iets van ontzag in zijn stem door. Ik begreep wel wat hij ermee bedoelde. 'Echte' Verhevenen, dat zijn mensen die geen enkele poging doen om ons slaafjes als hun gelijken te behandelen. Dat soort Verhevenen bestond wel, maar uit mijn tijd bij Schoffies (en trouwens ook uit mijn tijd daarvoor) wist ik wel dat op dat soort Verhevenen een beetje werd neergekeken. Mensen als mijn ouders, die tegen slavernij waren en dat mij dat destijds probeerden bij te brengen, het waren niet het soort mensen die onder mijn vroegere schoolkameraadjes erg scoorden. Ze vielen in de categorie van boomknuffelaars en zweeftoestellen. Dat er onder slaafje net zo over ze werd gedacht, dat wist ik natuurlijk niet. Als Verheven Kind had ik natuurlijk geen enkele belangstelling voor wat slaafjes dachten of voelden. Ik was alleen maar blij dat ik soms even de kans kreeg het slaafje van een vriendje te slaan, rond te commanderen of te treiteren en was er erg ongelukkig mee dat ik zelf geen slaafje mocht houden. "Er zijn een heleboel regels en routines," vervolgde Ding. De belangrijkste routine is misschien wel dat je bijna altijd in je blootje moet, vooral als het koud is. Laat ook goed merken dat je het koud hebt, want dat vinden ze leuk. Als je van buiten naar binnen gaat moet je altijd eerst je voetjes wassen." 'Hij praat net als ik,' schoot het door me heen. 'Hij is veel ouder dan ik en toch heeft hij het ook over in je blootje lopen en over voetjes en zo.' Het gaf me een veilig, beschermd gevoel. Toen woei een vlaag regen ons hok binnen. Ik huiverde en het veilige gevoel verliet me meteen weer. Ik was toch gewoon Patrick, Patrick Telder, zoon van een vrouw die minister was geweesst? Maar de waarheid was dat ik nu Ricky was, en hier lag, naakt als een hond, nee, naakter nog, want een hond had tenminste nog een vacht om zich tegen kou en regen te beschermen. Alles wat ik had, was het dwaze gevoel dat de jongen naast me me wel zou beschermen. Alsof ik het wilde testen, kroop ik dichter tegen hem aan. Hij duwde me snel weg. "Niet doen! " zei hij geschrokken. "Dat mag niet! " Nog geen seconde later trok een heftig spasme door zijn lichaam en kermde hij van de pijn. Geschrokken schoof ik zo ver van hem weg als de benauwde kooi het toeliet. Door zijn gekerm en de woeste bewegingen werd ik ook het cherubijntje aan het uiteinde van de kooie gewekt. Met de rust van iemand die precies weet wat er aan de hand is rekte hij zich op een uit, gaapte en krabte daarna door zijn warrige krullen op een manier die hij van een hond leek te hebben afgekeken. Inmiddels lag Ding weer stil, maar iets had hem zoveel pijn gedaan dat hij erdoor moest huilen. "Zat-ie aan je of zo?" vroeg het blonde joch op zakelijke toon. Ik schudde mijn hoofd. "Dit gebeurt iedere keer vlak voordat hij zonder toestemming een stijfje krijgt. Er zit ergens een chip in zijn plasser of zijn zakje, dat weet ik niet precies en vlak voordat hij zou gaan spuiten krijgt hij daar een electrische schok door. Wie ben jij?" "Het duurde enkele seconden voor ik de overgang verwerkt had. O, eh, ik ben ehh Ricky, ik ben het slaafje van meneer Erwin." " 3; Hoi, ik ben Pup en ik ben het speeltje van juffrouw Judith. Even wachtte hij. Toen vervolgde hij met de onnavolgbare logica van kleine kinderen: "ik ben rein weet je, dus ik hoef zo'n chip niet? Ben jij dat ook, rein?" "Rein?" "Ja, je weet wel.." Inmiddels lag Ding weer rustig naast me. "Je bent rein als je geen zaad geeft. Zo noemen ze dat. Ding en jij kunnen dat niet en het ziet ernaar uit dat jullie het ook nooit zullen kunnen. Ik kan het dus wel, maar ik mag het alleen als mijn meesteres of een van haar Verheven Ouders me daar genade voor geeft. Doordat jij net tegen me aankroop kreeg ik een stijfe (hij glimlachtte even) en begonnen mijn balletjes jongensvocht aan te maken. Maar er zit een computerchip in mijn zakje dat dan een stroomstoog afgeeft. Daardoor spuit ik niet. Mevrouw heeft dat erin laten zitten zodat ik niet overal maar vlekken maak 3; De hitte van de zomerdag begon zich, nu het avond werd, te ontladen. Het rommelde en tussen de ruisende populierenrij aan de rand van de tuin lichtten bliksemflitsen op. Op het grind dat om het huis lag knersten voetstappen. Erwin en een ander joch liepen snel in de richting van ons hok. Terwijl ze onze kant opliepen trok Ding me snel overeind en binnen een tel zaten we dicht op elkaar gepakt, geknield , met onze handen op de bodem en ons gezicht in de richting van de voorkant van het hok. Zowel als Pup maakten geluidjes die een perfecte imitatie waren van het gepiep van opgewonden honden. "Meedoen!" siste Ding me toe. Gelukkig had ik ook dit bij Schoffies geleerd: "hondje spelen." Het hek voor ons werd weggeklapt en we kregen alle drie een brede en zware halsband om. Aan ieder van die halsbanden zat een riem vast en aan die riem werden we door de beide jongens uit het hok getrokken. Ik wist natuurlijk, goed getraind als ik was, dat ik nu net als de andere twee slavenkinderen, achter mijn baasjes aan moest kruipen. Ander dan ik verwacht had echter, werden we niet naar het huis gevoerd, maar in plaats daarvan naar de rand van het gazon gesleept, vlak bij de sloot die achter het huis liep. We kregen opdracht de daar staande tuinmeubels in de schuur te zetten en toen we dat gedaan hadden moesten we op onze billen gaan zitten. De riemen werden van onze halsbanden gehaald en vervangen door kettingen die, behalve aan onze halsbanden, ook aan een korte stalen buis werden bevestigd die een kein stukje uit de grond stak. Ineens begreep ik dat het de bedoeling was dat we hier, buiten de schamele beschutting die het hok ons bood, het onweer af zouden wachten. Alleen Pup hoefde dat kennelijk niet: hij werd niet aan de buis vastgemaakt en zou ook later mee naar binnen worden genomen. Vlak voor de Verheven Kinderen weer naar binnen gingen werden Pup en ik nog geaaid en kregen we een smerig koekje te eten. Ding echter kreeg dat niet, hij lag ook, anders dan wij, helemaal plat op zijn buik en stootte de klagelijke piepjes uit van een hond die ongehoorzaam is geweest en zich schuldig voelt. "Ja Ding?" zei Erwin. "Heer," zei Ding, "slaafje Ding is net stout geweest en heeft zonder toestemming een stijfje gekregen 3; zou u heer zo goed willen 3;" Een klap recht in zijn gezicht legde hem het zwijgen op. "Ja ik zal het tegen je meesteres zeggen, maak je geen zorgen." Een achteloze trap tegen Dings borst volgde. "Vieze flikker die je er bent." Vrolijk pratend liepen de jongens weg. Even later kwam de regen met bakken uit de hemel vallen. In stilte vroeg ik me af wat er nu precies leuk aan was om ons nat te laten regenen 3; In die mijnering werd ik gestoord door een schichtig naaar het huis kijkende Ding. Toen hij kennelijk had gezien dat niemand ons in de gaten hield trok hij me snel naar zich toe. "Vlug, ze hebben nu even geen bereik," siste hij. "Hij trok me naar zich toe en kuste me vol en heftig op de mond. Zijn tong slipte tussen mijn lippen mijn mond in en zijn handen streken in een razende opwinding over mijn naakte lichaam. Hij pakte mijn hand en gebaarde dat ik hem af moest trekken. Ik was nog geen tien seconden bezig of hij kwam klaar: twee, drie, ja, vier keer achter elkaar schoot een vettige straal wit vocht met een boog door de steeds dreigender wordende lucht. Hij kreunde. "Het is voor jou straks ook beter," voegde hij me verontschuldigend toe. Ik keek hem vragend aan. "Zometeen, als we helemaal nat geregend zijn, worden we het huis in gehaald.En dan moet ik je, terwijl die kutkinderen allemaal staan te kijken, in je kont neuken. Ik ben al een week lang niet meer klaargekomen dus als je zó was gaan neuken, dan had je helemaal aan flarden gelegen. Nu krijg ik wel straf omdat ik je niet lang genoeg zal neuken, maar dat moet dan maar." Zonder er erg bij na te denken bedankte ik hem op de manier waarop een slaafje dat doet. "Dankuwel u bent goed voor Ricky 3; " "Doe dat niet!' reageerde hij verbeten, en nadat hij opnieuw een vlugge blik in de richting van de verlichte ramen van het huis had geworpen pakte hij mijn hoofd tussen beide handen. "Luister naar me! Hoe heet je echt?" P 3; Patrick 3; men 3; Nee niet meneer! Patrick. Dat is genoeg. Je bent Patrick! Ik ben Victor, Victor van Leenderen. Ik ben zestien jaar. Vergeet dat nooit! Ik werd bijna bang van hem zo indringend sprak hij op me in.Weer gluurde hij het huis in dat zich vreemd licht in de steeds dieper wordende duisternis van het naderend onweer aftekende. "Luister goed naar me, want ik zal niet veel kans meer hebben je dit te zeggen. We worden overal en altijd in de gaten gehouden, zelfs als we denken dat we alleen zijn. Alleen hier niet, voor zolang als het duurt. Toen ik gisteren in de tuin moest werken heb ik hier de bewakingscamera onklaar gemaakt. Hier kan ik dus even echt met je praten 3; zolang als het duurt. Er zijn nog een paar plekjes waar dat kan, maar dat merk je dan wel. Ik weet wie je bent en ik weet wie je ouders zijn. Ik heb het gehoord van die teringteef, die Anja met die stinkende kut van d'r. Je vader en moeder zijn ontsnapt, ze leven nog en ze leiden het verzet. Je moet trots blijven op je ouders. Echt waar." Weer keek hij schichtig naar het raam. Onwillekeurig keek ik ook die kant op. Het gezin en de verjaardagsgasten hadden een kring gevormd. In het midden zag ik dat een bloot jongetje op zijn rug op de grond lag. hij lag met opgetrokken knieën. Nu kwam er een grote Duitse herder aangelopen. Ik kon nog net zien dat het dier zijn snuit voorzichtig tussen de benen van het jongetje duwde. Toen voelde ik Dings hand onder mijn kin en keek hem weer aan. "Ja dat vinden ze leuk, de smeerlappen. Voor je het weet ga je zelf nog denken dat dat zo hoort. Dan wordt je net als Pup. Pas op met hem: hij kan niets anders meer zijn dan wat ze van hem gemaakt hebben. Word niet zoals hij! Vertel hem nooit iets! Hij kan het niet helpen, maar hij is gevaarlijk." Het onweer kwam steeds dichterbij. Donder en bliksem maakten steeds meer misbaar. Ik, kleine jongen toch nog, werd er bang van. Maar ik voelde dat ik, nu het kon, er het best aan deed naar Ding, of liever, naar Victor te blijven luisteren. In de paar minuten die we nog zonder toezicht hadden vertelde hij me snel dat hij gehoord had dat de Telders ontsnapte waren tijdens een transport. Naar aanleiding daarvan had hij Ted, de de vader tegen zijn vrouw Anja horen zeggen dat dat grappig was omdat hij het zoontje van de Telders gekocht had als cadeautje voor Erwin. Hij vertelde ook dat ten zuiden van de grote rivieren Vrij Europa begon en dat daar soms slaven heen ontsnapten. Ik herinnerde me ineens dat ik, toen ik nog Verhevene was, dat ook wel eens had gehoord. Niet dat ik er veel over had nagedacht. Ik was Ariër, van edel bloed, klein onderdeel van het Groot Germaans Rijk en dat wat ik op school leerde over boven- en ondermensen trok me heel wat meer aan dan het dwaze idee van mijn ouders dat alle mensen gelijk zouden zijn en dat het niet goed was dat er slaven en vrijen bestonden. Maar nu had ik ervaren hoe makkelijk je die grens overschrijden kon zonder dat je er zelf iets aan kon doen. En eigenlijk, hoe vreemd het ook was, was ik me er steeds meer bij thuis gaan voelen. Slaafje zijn, het hoorde wel bij me. Maar nu ontmoette ik iemand die daar heel anders over dacht, iemand die me streng terecht wees 3; die me aan een ander leven herinnerde, een leven met een moeder en een vader die van me hielden en die me nooit pijn deden of er plezier aan beleefden me te kwellen. Iemand ook die het aandurfde mensen die ik voor onaantastbaar hield uit te schelden. Ik wist niet goed wat ik ervan denken moest.. Eindelijk barstte het onweer in volle hevigheid los, hagelstenen kletterden op onze blote lijven. Een paar van de verjaardagsgasten kwamen, onder grote paruplu's, opgewonden gillend naar buiten lopen om te zien hoe, ja, nu toch weer Ding en vooral ik daar pijn van hadden. De hagelbui duurde slechts enkele minuten en ging toen over in een zware plensregen. Erwin maakte ons los. Tegen Ding snauwde hij 'voet' en mij, zijn eigen slaafje, greep hij bij een oor en trok hij mee naar binnen. Ik werd op de betegelde vloer van het huis gegooid. Daarna moest ik opstaan en maakte Ted video-opnames van me terwijl ik druipend van het water en hevig bibberend van de kou stond te wachten tot Erwin me zou spelen. Vergeten was wat Ding me net allemaal verteld had. Ik was in alles weer slaafje 3; voor nu althans 3; 6.
De maanden die volgden waren vreselijk en heerlijk tegelijk. Ik kende het woord nog niet, maar dat ik handen was geval van een volbloed sadistje en enorme controlfreak werd al heel snel duidelijk. Tijdens mijn leven als slaafje nog toe had ik bijna altijd wel iets van vertedering opgeroepen. Hier was bij Erwin geen sprake van. Een flink deel van zijn overvloedige vrije tijd besteedde hij eraan steeds weer nieuwe kwellingen voor me te bedenken of weer met een nieuw voorschrift of regeltje te komen. Een gewone doordeweekse dag begon ermee dat ik, tegelijk met Ding en Pup om half zes opstond. Achter in de tuin, achter een kleine bossage, stond een gebogen lange pijp waar we ons onder moesten wassen. Pup en Ding moesten na het wassen een soort parfum opdoen, maar dat vond Erwin voor mij niet nodig. Na het wassen moesten we uitgebreid onze tanden poetsen en haren kammen. Dan gingen we het huis binnen waar in de bijkeuken sieraden of andere zaken klaar lagen die we die dag zouden moeten dragen. Voor Pup en Ding, slaven van meisjes immers, lagen er bijna altijd gouden enkel- en polskettinkjes klaar en meestal ook haarbanden. Soms moesten ze een lendendoek omdoen, of een eenvoudige tuniek dragen. Voor mij was het anders. Bijna iedere dag lagen er sierspelden klaar vaak en bijna standaard een opblaasbare dildo. De sierspelden moesten door Ding in mijn tepels en naveltje worden gestoken, met de dildo liep ik vaak de hele dag in mijn jongenskutje. Een enkele keer lag er ook een rij metalen ringetjes klaar die met scherpe klemmen bovenop mijn tenen werden vastgezet. En soms lag er ook een piemelring klaar. Kleren kreeg ik nooit. Zelfs in de winter, toen Pup en Ding een lange broek en een trui mocht dragen moest ik nog poedelnaakt blijven rondlopen. Een rillend slaafje is een grappig slaafje, placht Erwin daarover te zeggen. Aan de spelden wende ik nooit en dat was ook precies de bedoeling. Het ontbijt voor de familie werd door Ding in orde gemaakt. Pup moest altijd naar zijn meesteres en ik moest iedere ochtend naar mijn meester. Hij bruiste altijd van de energie, die kleine. Hij begon er altijd mee te bewijzen te tonen hoe sterk hij wel niet was. Hij 'oefende' dan voor zijn karatelessen. Nog vóór ik ook maar iets gegeten had, trok hij zijn pyamajasje uit en danste hij als een bezetene om me heen, terwijl hij me vol op de borst en in de buik stompte en trappen op mijn rug liet landen. Gelukkig was hij er niet erg goed in: vooral zijn trappen hadden bepaald niet het dodelijke effect dat hij eraan toedacht. Ik wist echter wel beter dan me niet te gedragen zoals hij zich dat voorstelde en dus kermde ik altijd. Maar die kleine vuisten van hem waren wel gemeen. Tenslotte was ik, vergeet dat niet, echt een klein mannetje en er zaten vrijwel geen spieren, laat staan vet, tussen mijn maag en darmen en zijn scherpe knokkels. Na afloop controleerde hij of ik ergens blauwe plekken had en als dat zo was kreeg ik daar straf voor. Daarna moest ik met hem mee naar de douche en hem afdrogen en dan met hem mee, de trap af. Vaak trok hij me aan mijn plasser mee achter zich aan. Hij nam dan mijn voorhuid tussen zijn vingers en trok daar hard aan terwijl hij de trap af holde. Eenmaal beneden moest ik naast zijn stoel op de grond gaan zitten. Af en toe hield hij me een korstje brood voor. Ik moest daar dan als een hondje om bedelen en het uit de lucht opvangen. Vooral als het koud was kreeg ik geen ontbijt want als ik honger had, had ik ook meer last van de kou. Ik kreeg dan wel een injectie zodat er allerlei voedingsstoffen door mijn bloed werden opgenomen. Altijd vertelde hij me van te voren waar hij me nu weer zou gaan prikken en altijd koos hij een plek waar een prik krijgen veel pijn deed. Bijna iedere dag nam hij me mee naar zijn school. Vaak bracht zijn moeder hem weg en als dat zo was moest ik in de kofferbak kruipen. Als hij op de fiets ging, werden mijn polsen voor mijn lichaam samengesnoerd en moest ik altijd op blote voetjes meehollen. Als ik struikelde of hem niet bij kon houden moest ik op het plaveisel gaan liggen zodat hij me flink in mijn ribben kon schoppen. Daar ging hij mee door totdat ik huilde. Ook dat vond hij leuk: als ik huilde. Op zijn school kregen slaafjes die meegekomen waren met hun jonge meesters en meesteressen altijd klusjes te doen. Het schoolplein schoonmaken, in de perken wieden, de w.c.'s schoonmaken, of de gangen dweilen. Als we daarmee klaar waren moesten we eerst gezamenlijk in een grote bak neerhurken die gevuld was met een soort kattenbakkorrels om onze behoefte doen en daarna mochten we de tijd die restte in een grote zandbak spelen. Er stond atlijd een grote bak water klaar. Tijdens de grote middagpauze lieten de overblijvende jonge meesters en meesteressen hun slaafjes twee aan twee vechten. Of één van ons werd voor een spel gebruikt dat koevangen heette. Je werd dan geblinddoekt en je handen werden op je rug gebonden. Dan moest je op een teken weghollen. de Verheven Kinderen hadden allemaal een touw dat aan beide kanten met zware bollen was verzwaard. Het was de bedoeling om dat zó naar je toe te gooien dat het touw zich rond je benen onderbenen, en het liefst natuurlijk rond je enkels vastdraaide zodat je met een smak op de grond viel. Gelukkig voor mij was Erwin niet half zo'n stoere kerel als hij graag wilde lijken dus werden de slaafjes van andere kinderen veel vaker voor dit spel gebruikt dan ik. Voor het vechten was ik trouwens wel erg popualair, maar dat was vooral omdat het er altijd op uitdraaide dat ik onder kwam te liggen en de meeste Verheven Kinderen dan joelend toekeken hoe ik door de winnaar werd geneukt. Daar schaamde ik me voor: sinds ik weer hoop had dat mijn ouders nog leefden, schaamde ik me weer voor dingen 3; maar het was die schaamte die me tranen in de ogen deed krijgen en niets werd leuker gevonden dan een machteloos huilend slaafje. 's Middags waren er slaafjes die zelf les kregen: ze leerden zingen, of dansen, muziek maken of moesten zich van hun meesters in een bepaalde sport bekwamen. Erwin noch zijn ouders vonden het nodig dat ik iets leerde en dus bracht ik de middagen vaak soezend in de zandbak door. Ik raakte bevriend met een sterke negerjongen van vijftien. Hij was veruit de grootste van ons allemaal met een atletisch lijf en een forse penis. Hij heette Gabon. Gabon was een van de weinige jongens in die bak die van zijn kleine meester hield zonder dat hij hem vreesde en het was duidelijk dat die gevoelens wederzijds waren. Zodra de school uit was stormde Tim naar zijn slaaf toe, sprong tegen hem op en vertelde hem honderduit over wat hij allemaal op school gedaan had. Tim was een iel jochie, met een brilletje, een beugel en grappig stekelhaar. Vaak leek het er meer op dat Gabon een grote broer voor hem was: nooit heb ik Tim hem horen commanderen. Het was Gabon die bepaalde wanneer Tim naar huis ging. Met dezelfde rust die van al zijn bewegingen uitging wikkelde hij zijn lendendoek om, trok de eenvoudige tuniek die hij altijd aan had over zijn hoofd, gespte sandalen aan zijn voeten en liep daarna waardig met zijn jonge meester aan de hand weg. Ook ik voelde me altijd veilig bij hem. Hij liet me veel praten, over vroeger vooral, over toen ik nog vrij was en bij mijn ouders woonde. Toen ik hem naar zijn eigen verleden vroeg, hield hij het heel kort: hij was als slaaf geboren, en had zijn ouders nooit gekend. Maar de mensen waar hij sinds zijn zesde had gewoond waren altijd goed voor hem geweest. De komst van mijn eigen meester maakte iedere dag weer een ruw einde aan de rust van de middag. Als hij kwam aanlopen wist ik dat ik uit moest knielen en buigen, en zo mijn rug aanbieden aan de striemende zweepslag waarmee hij me begroette. Meteen daarna moest ik de rand van zijn schoenen kussen. Als zijn moeder hem kwam halen moest ik weer in de kofferbak gaan liggen, of ander de drie kilometer naar zijn huis achter zijn fiets aanhollen. Na school kreeg ik iedere dag minstens een half uur lang straf. Vaak wilde hij dat langer doen, maar daarin werd hij door zijn ouders tegengehouden. De straftijd verliep volgens een vast ritueel. Ik moest eerst knielen, buigen en de vloer vlak voor zijn voeten kussen. Als ik dan het teken kreeg dat ik wat mocht zeggen, moest ik zeggen: "Meester, uw slaafje is vandaag stout geweest en dan vroeg hij hoe ik dan stout geweest was en dan moest ik vanaf het moment dat ik de vorige avond was gaan slapen tot het moment dat ik voor hem neerknielde mijn 'zonden' opbiechten. Het begon altijd met het aantal keren dat ik 's nachts niet in de door hem voorgeschreven houding had gelegen want voor ik ging slapen kreeg ik van Erwin instructie hoe ik moest liggen. Net als iedere slaaf had ik een aantal microchips in mijn lichaam en 's nachts zorgden die ervoor dat ik, als ik bewoog, een lichte schrok kreeg zodat ik wist wanneer die ramp had plaatsgevonden. "Meester, uw speelgoed heeft vannacht vier keer zonder toestemming bewogen." Er volgde een knikje. "Hij heeft twee keer een stijfje gekregen." Het kon zijn dat Erwin dan even op zijn i-pad keek en iets zei als "Dat was drie keer, slaafje. Ga maar verder." "Slaafje had zijn voetjes niet helemaal schoon toen hij deze ochtend op Meesters slaapkamer kwam." (die overtreding was onvermijdelijk als er stof op de trap of op de tegels beneden lag.) "Speeltje Ricky heeft niet braaf stilgestaan toen Meester hem gebruikte om zijn karate te trainen," en zo ging het door. De doordeweekse straffen moest Erwin in de kamer geven en daarbij mocht hij alleen de door zijn moeder afgestelde slaventeaser gebruiken. Het was een apparaatje dat er uit zag als een stukje speelgoed of een stoere controller van een spelcomputer. Het had een ovale vorm waardoor het makkelijk in de hand lag. Aan de voorkant staken twee glanzende bekken van een fijn tangetje die met twee felgele knoppen aan de zijkant van de ovaal naar believen geopend en gesloten konden worden. Eén van de twee knoppen op de ovaal zorgde ervoor dat het tangetje verdween en er een kleine priem vrijkwam. Mijn meester kon dus kiezen of hij me wilde prikken of dat hij ergens een deel van mijn lichaam, een stukje vel, een tepel, het bolletje in mijn navel, mijn voorhuid of een teen of vinger wilde vastklemmen of dat hij ergens, waar het hem zo goed leek de priem in wilde steken. Het hele half uur dat de straf duurde moest ik voor hem staan en mijn handen achter mijn hoofd gevouwen houden. De straf voor de verboden erecties richtte zich altijd op mijn plasser en zakje. Vaak klemde mijn kleine meester mijn velletje in het stalen bekje en joeg er dan stroom doorheen. De straf voor 'vieze voetjes' richtte zich trouw op mijn tenen en voor het niet stilstaan tijdens de karatetraining kreeg ik stroomstoten terwijl de priemachtige naald in een van ribben of mijn schouderblad werd gestoken. Die laatste stroomstoten waren altijd het pijnlijkst en werden daarom ook tot het laatst bewaard. Het niet stilliggen werd bestraft met knielen op de rand van een plank met mijn handen uitgestrekt voor me uit. Daar kon ik het dan laten ophouden, jawel, daar had ik zelf invloed op. Nou ja, dat wil zeggen: dat dacht ik. Als ik namelijk op mijn strafplankje neergeknield zat ging mijn jonge meester na een tijdje voor me zitten en dan zei hij me dat ik nu 'lief moest huilen'. Al gauw had ik door wat dat inhield. Lief huilen was huilen met zachte snikken die mijn lijfje een beetje lieten schokken, maar niet teveel. Biggelende tranen waren daar ook belangrijk voor. En mocht iemand denken dat je dat niet onder controle kunt hebben, hoe je huilt, dan vergist hij zich deerlijk. Ik kon het heel snel. En zoals ik lief leerde huilen zo leerde ik ook precies goed te reageren als Erwin me aan het eind van de straftijd aansprak. "Zo, slaafje van me, vertel eens, ben je stout geweest vandaag?" Dát was het moment om met grote, betraande ogen op te kijken, een flinke schep lucht te nemen en dan met mijn hoge jongensstem te antwoorden: "Ja meester, slaafje is heel erg stout geweest." "En dom, dom was je ook he?" "Ja meester, slaafje is erg dorm, meester." "En vind je dat je nu genoeg straf hebt gehad?" "Meester, alleen als u dat vindt meester." "Nou, kom me dan maar even bedanken voor de straf van vandaag." En dan, o heerlijk moment, dan mocht ik op handen en voeten naar mijn eigenaar kruipen en werd ik door hem geaaid en als een piepende puppie gekalmeerd. Op zulke momenten hield ik echt van mijn jonge meester, met de onvoorwaardelijke liefde die een hond voor zijn baasje moet voelen. Alles wat Ding me gezegd had, die avond dat we buiten zaten, dat alles was vergeten. En er zouden zich in mijn jonge meester, die natuurlijk gewoon door bleef groeien waar ik een kleine jongen bleef, in mijn jonge meester dus zouden zich al heel snel veranderingen voordoen die mijn toewijding aan hem nog groter zouden maken. Een kind zoekt altijd voorbeelden. Even had het geleken dat Ding mijn voorbeeld zou worden. Maar na een paar maanden in het huis dat ik, als het niet te pretentieus was geweest, wel mijn thuis zou kunnen noemen, richtte ik me veel meer op de engelachtige Pup, die behalve mooi en totaal onderworpen ook nog eens grappig kon zijn 3; zo wilde ik ook zijn: net zo mooi en net zo lief. En mama? Ach mama, mama was een onwerkelijke droom geworden. Ik had mijn meestertje nu..en, wat ook belangrijk was, meestertjes moeder die meer en meer aandacht aan me ging schenken 3; 7.Al vrij snel bleek dat de kinderen in het huis hun slaafjes met hun ouders moesten delen. Ding werd nogal eens door de vader, van wie ik inmiddels wist dat hij Frits Harinxma heette, meegenomen om, bijvoorbeeld, zijn caddy te zijn als hij ging golfen of voor andere klusje. De moeder, Saskia Vleuten, had een grotere voorkeur voor Pup en mij. Van alle slaafjes was Pup het meest in huis. Judith, zijn meesteres, nam hem eigenlijk alleen maar mee als ze naar Scouting ging en zelden of nooit mee naar school. Na een week mocht op een dag niet met Ding mee naar school maar moest ik thuisblijven. Ik vond het spannend: nu zou ik in ieder geval samen met Pup in huis zijn en misschien de kans krijgen hem beter te leren kennen, misschien zelfs vriendjes met hem te worden. Mevrouw was eigenlijk heel lief voor ons. Ze moest eerst werken, zei ze. Als wij nu stof afnamen en de boel een beetje omruimden en ze was nog niet beneden dan mochten we wel met Lego spelen en met elkaar praten. Het opruimen was zo gebeurd en even later lagen Pup en ik lekker op onze blote buik op de grond met autootjes en lego te spelen. Als het mooi weer was, nam ze ons ook nogal eens mee naar buiten. Onze handen werden dan achter de rug gebonden en we kregen een riem om onze nek. Eerst moesten we dan op een daarvoor bestemde plek neerhurken en onze behoefte doen. Staand plassen mochten we eigenlijk nooit en als we poepten, moesten we dat zelf opruimen. Na het poepen en plassen nam ze ons dan vaak mee naar een speelweide voor slaafjes en andere dieren. Daar maakte ze onze handen los en dan mochten we rennen en stoeien. Als er Vekies waren moesten we vaak achter een bal aanhollen en hondenkunstjes doen. Een voornaam meisje hield wel eens een hondenkoekje hoog voor me in de lucht. Ik moest dan op mijn hurken voor haar gaan zitten, mijn handen slap voor mijn borst laten hangen, mijn tong zo ver mogelijk uit mijn mond laten hangen en op een hondenmanier hijgen en piepen. Dan riep ze 'hoog' en moest ik, zonder haar te raken natuurlijk, opspringen naar het koekje. Als het me dan uiteindelijk lukte het koekje te pakken te krijgen, moest ik het in één keer naar binnen slokken en gehurkt voor haar gaan zitten. Dan werd ik door haar over mijn hoofd geaaid en achter mijn oor gekrabbeld. Er zat ook vaak een wat oudere man die me nogal eens bij zich op schoot trok. Als ik het koud had deed hij zijn jas nog wel eens open en stopte me daar dan onder. Hij was erg lief voor me en Mevrouw liet hem meestal wel even begaan. Maar als ze me floot of riep ging ik meteen weer bij hem weg om me weer te laten aanlijnen en met Mevrouw terug naar huis te gaan. Daar moesten Pup en ik elkaar dan schoonmaken. Net als het spelen met Lego was dat één van de weinige momenten dat we ons konden gedragen zoals vroeger, als twee kleine jongens die met elkaar stoeiden en plezier hadden. Daarna was het weer afgelopen met de pret omdat de jonge meester dan al weer snel thuiskwam. Als hij binnenkwam schopte hij altijd eerst zijn schoenen uit en gooide zijn tas en jas op de grond. Ik moest er dan voor zorgen dat zijn jas netjes werd opgehangen en de zakken ervan werden leeggemaakt. Ook moest ik de veters van zijn schoenen losmaken, de schoenen schoonmaken en weer netjes neerzetten. Tenslotte moest ik zijn tas naar boven brengen en uitpakken. Zodra ik dat gedaan had moest ik naast mijn meestertje op de grond gaan zitten. Meestal zat hij met zijn moeder aan de keukentafel en dronken ze samen thee. In het beste geval aaide hij me zoals je een hondje aanhaalt, soms negeerde hij me ook tijdens het theedrinken. Maar wat hij ook deed, na afloop van het theedrinken ging hij altijd een uurtje of meer met me spelen. En altijd weer bedacht hij nieuwe dingen. Zo moest ik een tijdje terug, toen het een paar graden vroor, in mijn blootje op het buitenterras gaan staan. Rillend en klappertandend stond ik te wachten tot mijn meestertje naar buiten kwam om zich met zijn slaafje te vermaken. Na een minuut of vijf kwam hij dan, uiteraard lekker warm aangekleed. Tergend langzaam vulde hij bij de buitenkraan een emmer water en gooide die over mijn hoofd leeg. Een tijdlang liet hij me, druipend van het water, staan en maakte er foto's en een filmpje van. Vlak voor ik flauw dreigde te vallen pakte hij mijn piemel vast en trok me zo naar binnen. Anders dan Pup en Ding droeg ik nooit een halsband als ik niet werd uitgelaten. Pup en Ding werden meestal aan hun halsband meegetrokken maar meestertje vond het gepaster om daar mijn piemeltje voor te gebruiken. "Twee minuten langer dan gisteren, riep hij trots tegen zijn moeder uit toen hij, met meer kruipend dan lopen achter zich aan, de keuken weer binnenkwam." "Pas je wel een beetje op? Straks gaat hij stuk en je weet: dan komt er voorlopig geen nieuw speelgoedjochie meer." Ze zei het met een toegeeflijke glimlach. "Hij kan er wel tegen, he Ricky?" "Meester, ja meester, Ricky blij meester. Ricky speeltje van meester. Het speeltje van meester, meester 3;" Ik praatte inmiddels zonder er nog bij na te hoeven denken brabbels. Brabbels is wat in het Engels brat speech wordt genoemd. Lang niet alle slaafjes hoefden brabbels te praten, maar ik wel: het onsamenhangende kleutertaaltje, het vermijden van de eerste persoon enkelvoud en de verwijzing naar jezelf met 'het', het werd alleen verwacht van de huisslaafjes die het laagst in de rangorde stonden. Slechts een soort slaafjes was nog minder dan ik, maar die kreeg je zelden of nooit te zien: het waren de kinderen waarvan de mond was dichtgenaaid en vaak ook de ogen waren uitgestoken en die, tot ze er letterlijk dood bij neervielen, moesten zwoegen in mijnen en op akkers. Maar hier, in een doorsnee nieuwbouwwijk, was er niets dat minder bescherming genoot dan ik. Meestertje hoorde mijn gebrabbel even minachtend glimlachend aan, maar al snel had hij er genoge van en gaf me een klinkende oorvijg. Onmiddellijk hield ik op met praten. Om weer op te warmen liet meeestertje me allerlei gymmastiekoefeningen en hondenkunstjes doen. Na een uur kreeg ik het erg warm. Je herinnert je nog wel dat ik tijdens mijn verblijf in Schoffies ben 'gemodificeerd'. Het belangrijkste gevolg daarvan is dat ik niet meer groei, maar een bijkomend effect is dat ik nauwelijks nog kan transpireren. Nu weet je ook wel dat kinderen die nog niet in de puberteit zijn sowieso niet erg zweten, maar bij mij was dat nog een graadje sterker dan bij gewone kinderen. Het was allemaal gedaan om ervoor te zorgen dat ik niet allen klein en tenger zou blijven, maar ook om te voorkomen dat ik ooit in staat zou zijn zware inspanningen te verrichten. Het type slaafje dat ik ben is er helemaal op afgestemd om jonge Vekies als mijn meestertje in alles superieur te zijn over hun levende speelgoed. Ik hoef niet te doen alsof ik zwakker ben dan mijn jonge meester, ik bén het ook. Al heel snel putte se sit-ups, de starjumps en het op de plaats springen me uit. Meestertje moedigde me aan door met een wespenzweepje op mijn buik en borst te slaan. 's Avonds, hij slapen kwam vaak het hoogtepunt van mijn dag. Het begon er meestal mee dat hij, kort na zijn avondeten, me mijn voer gaf. Meestal liet hij er me op een hondenmanier om bedelen. Ik moest dan, gehurkt, handen voor mijn borst en tong uit mijn mond, het klaaglijk piepen van een pup imiteren, met mijn haar langs zijn voeten strijken Daarna moest hij in bad en vaak wilde hij dat ik dan bij hem in bad kwam. Als dat gebeurde wist ik dat ik die dag nog maar één keer een beetje pijn te verduren kreeg, namelijk op het moment dat het warme water en de schuimende zeep in contact kwamen met de striemen op mijn lijf. Maar al heel gauw nam het genot van de lauwe warmte en het snoezelige van het schuim de overhand. Maar die warmte viel in het niet bij een andere warmte, die ik voelde als ik meestertje Erwin zich uit zag kleden. Ieder kledingstuk waarvan hij zich ontdeed vergrootte mijn opwinding. Het allerspannendst vond ik wel dat meester Erwin, gewone jongen toch, fel aan het groeien was. Hij was bijna veertien nu, en groter dan ik hoewel we in jaren nauwelijks verschilden, maar waar ik glad en haarloos was groeide bij hem al haar en waar mijn geslacht het onschuldige aanzien hield van een kleinejongensplasser begon die van hem al sterk te groeien. Zijn lichaam, ja, zijn hele uiterlijk straalde zelfvertrouwen en krachtige groei uit: een jongen, hard op weg om man te worden. Hoe onvergekelijk daarmee was wat ik in de spiegelwand zag die de blinde muur van de badkamer vulde en waarin ik, schoon het verboden was, toch niet kon nalaten steelse blikken te werpen. Ik zag mijzelf, nog geen anderhalve meter lang. Bij mij geen kortgeknipt hoofdhaar maar de lange lokken die het onmannelijk kinderlijke van mijn uiterlijke verschijning benadrukten, een gezicht waarin alles nog week en zacht was en zich geen hoekige kaaklijn begon af te tekenen zoals bij mijn geliefde eigenaar wel het geval was. Oren en tanden waren, zoals dat bij kinderen altijd zo is, nog betrekkelijk groot in verhouding tot de rest van het hoofd, overigens zonder wanstaltig te worden. In de nek geen spoor van een adamsappel, mijn schouders smal en rond, de borst melklichte huid strak gespannen over de ribben eronder, die ieder afzonderlijk goed zichtbaar waren. Waar meester Erwin grote donkere mannentepels begon te krijgen waren die van mij niet meer dan vlakke ronde verkleuringen van mijn huid. Over het verschil tussen onze piemels en scrotums heb ik het al gehad. Maar ook onze benen en vooral onze voeten begonnen er anders uit te zien: die van mj waren zeker twee maten kleiner dan die van hem. O, ik wist dat ik niet in de spiegel mocht kijken. Het blikveld van een slaafje dat gereedstaat om door zijn meester te worden gebruikt hoort zich te beperken tot zijn tenen en het stukje vloer waar hij op staat. Maar ik kón ik het laten: het was het enige waarin ik neiging tot ongehoorzaamheid vertoonde. Vooral het moment dat mijn mooie meester naakt achter me kwam staan wilde ik niet enkel voelen, ik wilde het ook zien en die aandrang zou sterker worden naarmate meestertje Meester werd. Want natuurlijk werden de verschillen tussen mij, die niet meer groeide en hem, die meer en meer een man werd, steeds groter. Wat gelijk bleef of nee, sterker werd, was de zaligheid die ik ervoer wanneer hij zich verwaardigde mij te willen gebruiken voor zijn eigen genot. Ik was er trots op dat mijn in alle opzichten onvolgroeide lijfje een steeds mooier en verhevener wordend wezen als mijn meester zoveel genot kon bieden.
En naarmate de jaren vorderden nam en meestertje Meester werd, verdiepten de gevoelens die ik aan hem verbond zich ook steeds meer. Toen hij zestien werd was hij in niets meer een kind, maar in in alles, spieren, baardgroei, lichaamshaar en, niet onbelangrijk, in de omvang van zijn machtige geslacht, man geworden was. hadden ze, die gevoelens voor hem, een religieuze diepgang bereikt: Meester was voor mij de incarnatie van de even machtige, wrede als schitterende oudtestamentische godheid. Voordurend vroeg ik mij af hoe ik hem door uiterlijk, houding en gedrag maximaal genot zou kunnen verschaffen. Dankbaarheid doorstroomde me als hij in de badkamer optilde alsof ik een veertje was. Niets in mijn gedrag deed vermoeden dat ik evenveel winters gezien had als hij. Als de kleine jongen die ik lichamelijk was, sloeg ik mijn tengere armen om zijn gespierde nek en drukte me zo dicht mogelijk aan tegen zijn ruwbehaarde lichaam. Als ik dan in de badkuip werd neergezet lette ik erop dat ik daar stond zoals ik andere kleine jongens daar had zien staan, rechtop, ene voetje verlegen schuierend over het andere, hoofd gebogen, handjes langs mijn lichaam. Gelaten wachtte ik af tot het douchewater op mijn tengere lichaam neerdaalde. Was het, zoals vaak, ijskoud, dan spande ik me in om zo verleidelijk mogelijk te rillen, zachtjes te klappertanden en zachtjes te huilen. Als Meester dan de kraan dichtdraaide en me weer optilde en op de kille tegelvloer neerkwakte ging ik zo mooi mogelijk liggen. Ik bood me aan, zodat hij me schoppen kon waar hij wilde en huiverde als zijn zware hiel in het zachte vlees van mijn buik belandde, zijn zool de vogeldunnen ribben van mijn borstkas indrukte of zijn wreef hardhandig tegen mijn kleine ballen aandrukte. En hoe dankbaar was ik niet als meester, na enige tijd zelf in het stoomwarme bad gezeten had, me wenkte of floot en ik me dan bij hem in het bad mocht laten glijden. Natuurlijk deed hij me ook dan nog pijn. Haast altijd trok hij me hard aan mijn zakje. De enige reden dat ik mijn balletjes en piemeltje had mogen houden was, zo had hij me eens toegevoegd, omdat hij die het best kon gebruiken om me pijn te doen. Maar tussen het wrede spel met mijn jongensdelen, tepels en nek streelde hij me toch ook. En ik zou bereid zijn geweest te sterven om dat moment nog één keer mee te maken. Dat was ook de reden dat ik, dertien jaar oud, niet meegegaan ben met Ding of Victor. Hij had de ontsnapping zorgvuldig voorbereid, maar op het allerlaatste moment, toen hij de kleren die ik aan zou moeten doen al bij me neerlegde, heb ik gestotterd dat ik nee, niet, toch niet, ga maar 3; ik bijf bij meestertje 3; en toen hij me probeerde mee te trekken heb ik hem gebeten en gewaarschuwd dat ik zou gaan gillen als hij nog een keer probeerde me mee te nemen. Vloekend is hij toen gegaan, samen met Pup. Pup hebben ze teruggevonden: hij is, naar wat ik opving, geblind, gecastreerd en naar de mijnen gestuurd. Van Victor heb ik nooit meer iets gehoord. Volgende week word ik achttien. En zoals bij bijna alle slavenkinderen waarvan de groei wordt stopgezet is er uiteindelijk in mij iets gaan woekeren. Het is nu nog klein, het gezwel, maar het is een kwestie van tijd of het zou me volledig aantasten. Meester heeft mij al laten weten dat hij het zover niet zal laten komen. Hij heeft me al een keer injecties gegeven waardoor ik een week lang bijna helemaal verlamd raakte. Hij deed dat omdat zijn nichtje het leuk vind te spelen met wat ze 'warme poppen' noemen. Zou dit mijn toekomst zijn? Het zou zomaar kunnen. Meester heeft inmiddels al weer een nieuw jongetje gekocht. Hij zal mij dus wel wegdoen. Het doet er natuurlijk niet toe wat ik voel of vind, maar de week die ik de warme pop van zijn nichtje was, beviel me eigenlijk best. Het feit dat een meisje me aan- en uitkleedde, voerde, waste en liet plassen en poepen, opende een heel nieuw scala aan verwarrende genietingen voor me. Ik moet het afwachten. Einde |